|
|
Ronald Peeters & Ed Schilders
Johnny Majoie - Muurkrant
Regionaal Archief Tilburg - Geschilderd portret van Johnny Majoie; kunstenaar onbekend. Waarschijnlijk is het portret vervaardigd na de publicatie van Majoie's dichtbundel Honderd Versjes (pseudoniem Voici, zie hieronder juli 2001) aangezien in het schilderij een boek verwerkt is met deze titel.
juli 2001 Johnny Majoie schreef onder pseudoniem Voici de gedichtenbundel Honderd versjes van Voici, 176 blz. (z.j. en z.pl.; vermoedelijk 1943, Tilburg, uitgeverij Bergmans). De gedichten spelen in de jaren 30 en 40 veelal in Tilburg en ze werden eerder gepubliceerd in de Nieuwe Tilburgse Courant. 11 september 2015 - door Ben van de Pol
Johnny Majoie begon onder het pseudoniem Voici zijn lichte verzen in
de Nieuwe Tilburgsche Courant te publiceren op 3 februari
1928, dus als 17-jarige. In totaal publiceerde hij 384 van zulke
bijdragen, soms met grote tussenpozen. In de jaren 1934 t/m 1939 was
slechts 21-maal iets van Voici in de Nieuwe Tilburgsche Courant
te vinden. In 1940, 1941 en 1942 daarentegen was de oogst 163
versjes. Op 4 januari 1943 publiceerde hij nog een nieuwjaarsvers
(nr. 368) en daarna was het heel lang wachten, vermoedelijk vanwege
de oorlog, tot mei 1945. Op 3 mei verscheen het leuke "It's a pitty"
en op 11 mei stond dan het laatste Voici-versje in de krant (nr.
370). In 1948 maakte de dichter een kortstondige comeback onder het
pseudoniem John Palet, met slechts veertien afleveringen.
In september 2017 verscheen de biografie van John Majoie annex bloemlezing uit de verzen van Voici. InTilburg-reeks #16, Gianotten Printed Media.
Het complete oeuvre van Johnny Majoie op CuBra Ronald Peeters
Vertaling: Johnny Majoie
Over Paradijs achter de Pyreneeën
Mandos Tzn, Frans (9 juni 2015)
Links, foto: Rees Diepen. Bron: Frans Mandos 1910-1977, overzichtstentoonstelling in het gemeentehuis van Hilvarenbeek; gemeente Hilvarenbeek, 1980. Rechts: Geknipt silhouet (1948), collectie Ronald Peeters.
Franciscus (Frans) Hubertus Wilhelmus Mandos Tzn [Toonzoon] werd in 1910 geboren in Tilburg. Hij ontwikkelde zich na zijn opleiding aan de voorloper van de Academie voor Beeldende Vorming tot een productief en veelzijdig kunstenaar. Hij vervaardigde glas-in-loodramen, vaandels, wandkleden, monstransen, sculpturen, wandschilderingen, glasmozaïeken, sierbeton en grafisch werk. Met dat laatste werd hij bekend met exlibrissen, kaarten en illustraties van boeken, in tijdschriften als Brabantia Nostra en Roomsch Leven, en onderwijsboeken als De Meiboom. Mandos woonde van 1963 tot aan zijn dood in Hilvarenbeek. Tijdens zijn laatste levensjaren maakte hij vooral olieverfschilderijen en aquarellen. Hij overleed in Nijmegen in 1977. Frans Mandos Tzn is bij dit alles een van de meest productieve Tilburgse boekillustratoren geweest. Vooral in de jaren ’30 van de vorige eeuw werkte hij samen met Tilburgse auteurs in de succesvolle ‘Kwartjesreeks’ van uitgeverij Helmond, onder wie Nor Heerkens en Hans van Uden. Daarnaast illustreerde hij tientallen jeugdboeken bij andere uitgeverijen. Na de Tweede Wereldoorlog werd Frans Mandos een veelgevraagd illustrator van zangbundels. Frans Mandos is de broer van beeldend kunstenaar Kees Mandos. Zijn zus Thea huwde Anton Eijkens, dichter, schrijver en vader van journalist Joep Eijkens. Jeugdboeken uit de 'Kwartjesboek'-reeks geïllustreerd door Frans Mandos Tzn. Bron: Internet 2015.
Speciaal-serie - uitgeverij Helmond
Ed Schilders. Zangbundels, geïllustreerd door Frans Mandos Tzn
75 jaar bouwen. Van ambacht tot industrie. N.V. Internationale Bouwcompagnie v/h fa. H. van Heeswijk te Best, 1889-1964 - tekst van Anton Eijkens en foto's van Cas Oorthuys (1964)
Bijdrage aan De Engelbewaarder, 1949.
Geïllustreerde kinderboeken in de Kinderbibliotheek, z.u. [uitgeverij Helmond], z.j.
Naast deze twee titels in deze serie nog: De speeldoos van Langelot en Het raadsel van de knotwilg, waarin ook de tekst van Mandos is. Pepramoet en zijn helper, met tekst van Rie Beyer.
Exlibrissen
Bron voor exlibrissen: diverse publicaties (zie de PDFs).
Illustraties uit Tilburg, hoe het groeide (Gemeente Tilburg 1941, Drukkerij Henri Bergmans)
Illustraties van Frans Mandos Tzn uit een speciale editie van Tilburg, hoe het groeide (Gemeente Tilburg 1941, Drukkerij Henri Bergmans) voor Wollenstoffenfabriek Triborgh. Deze editie wijkt af van de 'volkseditie' en heeft met kalligrafie bedrukte flappen aan het omslag en aparte tekeningen voor Triborgh.
Anton Eijkens over Frans Mandos Jan Naaijkens over Frans Mandos H. Gall MSC over Frans en Kees Mandos
Collectie Nettie van de Pol. Rechts: Miep Mandos-Van de Pol.
Henricus Maria Casper Alphonsus ('Hein') Mandos werd op 4 november 1907 te Tilburg geboren. Hij studeerde na de Ruwenberg op Beekvliet en aan het Sint Odulphuslyceum te Tilburg, vervolgens Nederlands en geschiedenis aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen. Van 1937-1972 was hij leraar Nederlands te Eindhoven. Drs. Hein Mandos was mede-oprichter van de Heemkundige Studiekring Kempenland en mede-redacteur, later hoofdredacteur, van Brabants Heem, redacteur van de Bijdragen tot de geschiedenis van het Zuiden van Nederland, mede-oprichter van de Bijdragen tot de Studie van Brabants Heem en Cultuurhistorische Verkenningen in de Kempen, redacteur van de Katholieke Encyclopedie, Onze Taaltuin en het Historisch Tijdschrift. Hij werkte mee aan de boeken Het Nieuwe Brabant ('s-Hertogenbosch, 1952-1955), Land van Dommel en Aa (Eindhoven, 1947) en De Acht Zaligheden. De oude kern van de Kempen (Oisterwijk, 1971). In 1955 schreef hij het artikel 'Folkloristische verkenningen in Tilburg's verleden' voor de bundel Van heidorp tot industriestad (Tilburg, Henri Bergmans). Hij heeft vele publikaties op zijn naam staan, onder andere over Oostbrabantse spreekwoorden.
Na zijn dood bewerkte zijn weduwe M. Mandos-Van de Pol zijn
nagelaten manuscript met ruim 6000 spreekwoorden tot het, ook voor
Tilburg belangrijke, boek De Brabantse spreekwoorden (Waalre,
Hein Mandosstichting, 1988). Zijn spreekwoordenarchief is sinds 1985
ondergebracht in de Hein Mandosstichting. Hein Mandos overleed op 6
december 1978 te Geldrop. Ronald Peeters
PDF van De Brabantse Spreekwoorden (met dank aan de Hein Mandos Stichting)
In memoriam Uri Nooteboom door Hein Mandos http://www.cubra.nl/mandos/index.htm
Mandos, Kees (26 juli 2015)
Cornelius (Kees) Antonius Maria Mandos (Tilburg 1913 – Tilburg 2001) was de broer van Frans Mandos Tzn [Toonzoon]. Na zijn opleiding aan de voorloper van de Academie voor Beeldende Vorming (1927-1932) ontwikkelde hij zich tot een productief en veelzijdig kunstenaar. Hij maakte vooral versieringen voor interieurs, zoals wandschilderingen voor kerken, gevelmozaïeken, glas-in-loodramen, en wandschilderingen. Mandos was ook illustrator van kinderboeken en katholieke bladen als Brabantia Nostra, De Engelbewaarder en De Meiboom. In 1946 illustreerde en kalligrafeerde hij het gedenkboek Rijmkroniek van Tilburg, het Hart von Brabant, geschreven door zijn zwager Anton Eijkens, van wie hij ook Rondom de Toren illustreerde. Net als zijn broer Frans illustreerde hij ook voor de zogenaamde 'kwartjesboeken', zij het incidenteel. Een bijzondere opdracht betrof het kalligraferen van een boek met daarin de namen van Tilburgers die tijdens de Tweede Wereldoorlog waren omgekomen. Dit boek lag in de Kapel O.L. Vrouw ter Nood, maar werd gestolen. Kees Koster maakte een nieuwe versie van het boek, waarvan elke dag een pagina wordt omgeslagen om de doden te herdenken. Ed Schilders
'Kwartjesboek' van Tonny Frank (pseudoniem van de Tilburgs-Goirlese schrijver Hans van Uden).
Rijmkroniek van Tilburg, de geschiedenis en de volledige inhoud.
Illustratie uit Rondom de Toren.
Bijdragen aan De Engelbewaarder, 1950.
De Engelbewaarder, jaargang 1958.
C.B.M.C. Zegveld
Frans en Kees Mandos
Exlibris Gerard Eijkens, de broer van Anton Eijkens.
Regionaal Archief Tilburg - Kleingrafiek (houtsnedes)
Jeroen Ketelaars over Kees Mandos H. Gall MSC over Frans en Kees Mandos
In 1918 publiceerde hij in Het Nieuwsblad van het Zuiden een onvolledige bewerking van de Cronique van hetgeen in en om Tilburg is voorgevallen van 1774-1851 aangetekend door L. de Lelie en J.B. de Beer onder de titel Uit het dagboek van een Tilburger. Er werd ook een overdruk van deze artikelenreeks uitgegeven. Eveneens in hetzelfde jaar publiceerde hij het fraaie Gedenkboek der 'Nieuwe Koninklijke Harmonie' van Tilburg bij gelegenheid van haar vijf-en-zeventig-jarig bestaan (Tilburg, 1918). Op 19 april 1921 vertrok hij met zijn gezin naar Venlo. Van der Marck is op 19 januari 1940 in Breda overleden.
GAT, Bevolkingsregisters
1880/1890, deel 20 fol. 39 en 291; 1890/1900, deel 27 fol. 183;
1910/1920, deel 45 fol. 152 en deel 86 fol. 142; 1921/1939,
gezinskaart 66/142; GAT, Collectie bidprentjes.
Marshall, Joseph (12 november 2015)
Over de Engelsman Joseph Marshall is nauwelijks meer bekend dan dat hij in de tweede helft van de achttiende eeuw lange reizen ondernam door een groot deel van Europa, en dat hij daarvan verslag deed in twee reisboeken: Travels through Holland, Flanders, Germany, Denmark, Sweden, Lapland, Russia, the Ukraine & Poland in the years 1768, 1769, & 1770, London, J. Almon, 1772, 3 delen; Travels through France and Spain, in the years 1770 and 1771 In which is particularly minuted, the present state of those countries, respecting the agriculture, population… Londen (?) George Corrall, 1776. Marshall had vooral belangstelling voor de omstandigheden en de bijzonderheden van de landbouw zoals hij die op zijn reizen aantrof. Op zijn reis door Nederland maakt hij daarom apart een omweg langs Tilburg. Hij heeft vernomen dat zich daar een bijzonder goed geslaagde ontginning van woeste heidegronden heeft voltrokken, en daar wil Marshall het zijne en het fijne van weten. Het betreft de ontginningen die in de huidige Reeshof werden ondernomen door Charles Rey de Carle, een oud-kolonel uit het leger van de Republiek. Rey de Carle was, na veel politiek en juridisch getouwtrek eigenaar geworden van een groot areaal heidegrond dat tot dan toe tot de ‘gemene gronden’ ofwel ‘de gemeint’ van Tilburg behoorde. Daar vestigde hij zijn boerderij, die snel uitgroeide tot een aanzienlijke hoeve. Deze vestiging en exploitatie worden beschouwd als het begin van de Reeshof, ‘Rey’s hoeve’. De juridische perikelen omtrent dit alles waren reeds bekend en ook is het duidelijk dat Rey’s onderneming aanvankelijk zeer succesvol was in de transformatie van vrijwel nutteloze heidegrond tot een rendabel gemengd bedrijf. In het eerste deel van Marshalls Travels through Holland laat de auteur ons echter persoonlijk kennismaken met Kapitein Rey, bijna op een journalistieke wijze, tien pagina’s lang. Marshall beschrijft in grote lijnen de boerenhofstede, de opstallen en de landerijen. Rey komt tot leven doordat Marshall hem woordelijk citeert over zijn successen, mislukkingen, en uitdagingen. Marshall ziet in de onderneming een lichtend voorbeeld. Terloops lezen we hoe Rey’s hoeve was ingedeeld, dat hij daar een sobere huishouding voerde, en dat hij hoge waarde hechtte aan het aandeel dat de nieuwe bewoners van ‘Rey’s hoeve’, zijn ‘werknemers’, leverden aan het succes van deze tot dan toe ongebruikelijke manier van ondernemen en investeren. Marshalls tekst is een uniek oor- en ooggetuigenverslag met betrekking tot een bijzonder stukje geschiedenis uit de ontwikkeling van Tilburg.
• J.N. Jacobsen Jensen, Reizigers te Amsterdam, Genootschap Amstelodanum, Amsterdam 1919. • Weijters, C, 'De Reijshof onder Tilburg, een vergane grootheid', HB 1(5) (1970) 1-26. Ook verschenen als separate overdruk. • Cock Gorisse et al., Tilburg Stad met een levend verleden, Regionaal Historisch Centrum Tilburg, 2001. • Ronald Peeters, Een Tilburgse kaart nader bekeken, Stadsmuseum Tilburg, 2011. • Gerard van Leyborgh [Lambert de Wijs] , ‘Historische Sprokkelingen 1’, Nieuwe Tilburgsche Courant - 5 maart 1927. • Pierre van Beek, ‘De Reijshof onder Tilburg een vergane grootheid’, Het Nieuwsblad van het Zuiden, 20 november 1970.
De vertaling van Marshalls ontmoeting met Kapitein Rey door Ed Schilders.
Bron: Archive.org
Coll. Dr. Francisco Tudela van Breugel Douglas, Lima, Peru.
Olieverfschilderij ‘De Rey’s Hof’ van J. Vrijmoet, 1787.
Dit schilderij ook in: Ronald Peeters, Een Tilburgse kaart nader bekeken, Stadsmuseum Tilburg, 2011.
Brabants Historisch Informatiecentrum
Detail uit een manuscriptkaart van Hendrik Verhees, 1791.
Regionaal Archief Tilburg
Kaart van het gebied dat wij nu Reeshof noemen uit 1831. De hoogtijdagen van 'Rey's Hof' zijn dan al voorbij, maar dat de begroeiing van dat gebied afwijkt van de omgeving is hier nog zeer goed te zien.
Foto: Ronald Peeters
Scholengemeenschap Koning Willem II
Zij is later naar Canada geëmigreerd en trouwde met Mayer. In 1981
publiceerde zij bij de Oberon Press in Ontario het indringende
autobiografische boek One who came back, dat in hetzelfde
jaar door Renate Wongtschowski in het Nederlands werd vertaald onder
de titel Als ik Hitler maar kan overleven (Nieuwkoop, Heuff,
1981). Het verhaal begint met de avond waarop zij met nog elf
anderen, waaronder haar broer en haar ouders, door de Duitsers wordt
opgepakt op hun onderduikadres bij de familie Van Bebber in de
Korenbloemstraat 137 te Tilburg. Het is 2 augustus 1944:
H. Franssen e.a., Jaren van voorzichtig beleid 1866-1991. De huidige Rijksscholengemeenschap Koning Willem II 125 jaar in Tilburg, Tilburg, 1990, p. 78-82; GAT, Bevolkingsregister 1921/1939, gezinskaart 66/385. Ronald Peeters (links) - internet - dr. M.C. van der Plas, Oegstgeest (onder).
Rechts Anita Roos en naast haar Helga
Deen, padvindsters in Tilburg 1935. Mbanga, Wilf (28 juli 2015 & 1 november 2015)
Ed Schilders
Wilf Mbanga (1947) was de eerste schrijver die in Tilburg gastvrijheid genoot van de Stichting Vrijplaats Tilburg. Dat was in 2003. Zijn eenjarig verblijf in Tilburg vond plaats in het kader van 'Vrijplaats Tilburg', een concept dat bedacht werd door Afshin Ellian. Mbanga was voor die tijd in Zimbabwe de gerespecteerde hoofdredacteur van het dagblad The Daily News. Deze krant viel in ongenade nadat zijn vriend Mugabe zich ontpopte tot dictator. Mbanga werd tot persona non grata uitgeroepen en ontvluchtte het land. In Tilburg maakte Mbanga zich snel zeer geliefd met zijn columns in het Brabants Dagblad/Tilburg Plus, waarin hij vanuit zijn woning in de Piusstraat berichtte over zijn 'cultuurschok'. Deze columns werden gebundeld in Standplaats Tilburg (kit Publishers, Amsterdam). Met zijn echtgenote Trish werkte hij in Tilburg aan de roman Seretse and Ruth, die verscheen in 2005 . Na afloop van hun Tilburgse jaar vertrok het echtpaar naar Engeland, waar het op 11 februari 2005 het eerste nummer van het onafhankelijke nieuwsblad The Zimbabwean het licht deed zien. Het weekblad verscheen ononderbroken tot en met oktober 2015. Op dit moment wordt beraadslaagd over een mogelijke voortzetting. Na afloop van Mbanga's verblijf in Tilburg slaagde de Stichting Vrijplaats Tilburg er niet in een opvolger te vinden in een wereld die vol is met bedreigde journalisten, schrijvers, dichters en cartoonisten.
Wilf Mbanga hapt haring in een Tilburgs volkscafé op de afscheidsavond van zijn vertrek uit Tilburg. Foto: Ed Schilders.
Ed Schilders
Paul Bogaert
Alle hoofdredactionele commentaren van Wilf Mbanga uit The Zimbawean op CuBra.
Regionaal Archief Tilburg
Zijn belangrijkste publikatie is het boek Uit Tilburg's verleden.
Losse schetsen uit de geschiedenis van Tilburg, dat circa 1900
uitgegeven werd door drukkerij W. Bergmans te Tilburg. Meelis was
ook lid van het kerkbestuur van de parochie St. Anna en hij werd
begiftigd met de erekruizen Pro Ecclesia et
Pontifice en Bene
Merenti. Hij overleed op 17 november 1910 te Tilburg. In 1987 werd
in de wijk Hasselt het Edmond Meeliserf naar hem genoemd.
4 december 2015 In de publicatie 'De intocht van erfstadhouder prins Willem V in Tilburg in 1766 - “De leugen van Meelis”' toont John van Erve aan dat Meelis in ieder geval de gebeurtenissen in het vierde hoofdstuk van Losse schetsen, dat over die intocht handelt, volledig verzonnen heeft. Een dergelijk geval van geschiedvervalsing geeft uiteraard ook te denken wat betreft de historische betrouwbaarheid van de overige hoofdstukken. Voor het artikel van Van Erve op CuBra: klik hier.
Ronald Peeters
Edmond Meelis - Uit Tilburg's verleden
Melis, Jacques (28 mei 2015)
Bron: Lectuur Repertorium
Jacques Adriën Louis Edmond Melis werd in Tilburg geboren op 20 april 1889. Hij was een zoon van Edmond Me(e)lis (zie hierboven), staat bekend als ‘journalist’, en verbleef waarschijnlijk enige jaren in Nederlands-Indië, gezien de titels van zijn romans uit de jaren ’40: - Melis, J. (1937). Olga Lorelei: Roman uit de filmwereld. Maastricht: Leiter-Nypels. Melis, J. (1948). De zaal der zuchten: Tragi-comische herinneringen uit veelbewogen jaren. Den Haag: "Boek en periodiek". Melis, J. (1949). De taipans van Shanghai. Den Haag: N.V. "Boek en Periodiek". Melis, J. (1949). "Pension Bandoeng": Een tropische symphonie. 's-Gravenhage: W.P. van Stockum.
Bron: Internet.
Ed Schilders: De Taipans van Shanghai
Ronald Peeters
Ter gelegenheid van het derde lustrum van het Komitee Boekenweek
Tilburg in 1979, waarin de Tilburgse boekverkopers, de Openbare
Biblioteek en het Kultureel Sentrum samenwerkten, werd het boekje
Mèn Tilburg uitgegeven. In deze bundel zijn een veertigtal
gedichten en korte verhalen opgenomen van Tilburgers en
oud-Tilburgers. Alle inzendingen hadden iets met Tilburg te maken.
|
Pater Cornelius Josephus Johannes Maria Meuwese M.S.C., geboren op
23 november 1906 te Tilburg, werd op 10 augustus 1933 tot priester
gewijd en vertrok in 1934 als missionaris van het H. Hart naar de
missie van Zuid-Irian Jaya (Nieuw-Guinea). Hij was eerst
tweeën-eenhalf jaar in Babo werkzaam en hij werd in 1937 benoemd in
het Mappi-gebied, van waaruit hij verschillende verkenningstochten
maakte. Op 4 september 1948 ontdekte hij samen met pater Jan
Verschueren M.S.C. een nieuwe rivier, die op 6 september 1948, de
dag van de kroning van koningin Juliana, door de Nederlandse
regering werd erkend en voortaan Koningin Julianarivier werd
genoemd. Pater Cees Meuwese werkte 24 jaar onder de papoea's als
missionaris en als ontdekkingsreiziger en etnograaf. Hierover gaf
hij vele lezingen en hij publiceerde er een aantal artikelen over in
de Annalen van het Missiehuis Tilburg, in de Katholieke
Illustratie, in Elseviers-weekblad en in Edele Brabant.
Samen met pater Verschueren schreef hij het boek Nieuw Guinea uw
naam is wildernis (Bussum, Brand, 1950), zo meldt het titelblad.
Volgens Van Baal is Verschueren echter de eigenlijke schrijver
geweest.
GAT,
Bevolkingsregister 1910/1920, deel 83 fol. 100; GAT,
Collectie bidprentjes; Onze eigen cultuur, Tilburg, uitg. van
de Culturele Dienst, 1949, p. 49-50; prof. dr. J. van Baal, 'In
memoriam Pater Jan Verschueren', in: De Brug (extern
contactblad M.S.C.), december 1970, p. 22-29.
Katholiek Documentatiecentrum Nijmegen
Foto: Joost op 't Hoog
Zijn Tilburgse vriend prof. dr. Frans van der Ven gaf op zijn
bibliofiele Brandon Pers in 1973 een keuze uit zijn gedichten uit
onder de titel Vertere seria ludo. Deze bundel werd in 1976
herdrukt door het Provinciaal Genootschap van Kunsten en
Wetenschappen te 's-Hertogenbosch. Vanaf 1913 publiceerde hij vele
artikelen van taalkundige en filologische aard. Bij Boekhandel Henri
Bergmans verschenen zijn redevoeringen Joannes Stalpart van der
Wiele (Tilburg, 1931) en Recht van spreken (Tilburg,
1936) en bij Boekhandel Triborgh In de ban van het woord
(Tilburg, 1938). In 1954 publiceerde hij de vondst van een Oud
lied van minne in het Tilburgse gemeentearchief (Volkskunde,
jrg. 55, p. 107-109).
Ronald Peeters
De wapenarend; Tekening Luc van Hoek; 1937
- Anton van Duinkerken over de Katholieke Leergangen, L. C. Michels, en de Siemer - Anton van Duinkerken over Keye = L. C. Michels (Roeping, 1957, jrg.34)
Jasper Jacobus Johannes Maria Mikkers werd op 3 juni 1948 in Oerle,
gemeente Veldhoven, geboren. Hij zat in Oosterhout op het St.
Oelbergtgymnasium en studeerde daarna rechten (kandidaats) in
Tilburg en Nederlands MO-A. Sinds 1968 is hij in Tilburg woonachtig. Als romanschrijver/dichter kreeg hij landelijke bekendheid, zeker ook nadat hij in Maatstaf met twee artikelen Ober, Afrekenen!!! zijn letterkundige standpunten bekendmaakte en omdat vrijwel niemand in Nederland toen de ware identiteit van Tymen Trolsky kende. Was het W.F. Hermans, R. Kousbroek, G. Komrij of M. Ros? Trolsky's vriend de Tilburger Jace van de Ven maakte de verwarring nog groter door als Trolsky op te treden. In 1976 maakte Jasper Mikkers zich als de echte 'Trolsky' bekend.
In 1979 werd door de Brandon Pers in Tilburg zijn gedichtenbundel
Kwatrijnen in een oplage van 130 exemplaren uitgegeven. Deze
bundel werd in 1980 in offset herdrukt door Boekhandel Gianotten in
Tilburg. Onder het pseudoniem Artur Raven publiceerde hij gedichten
in o.a. De Revisor (1988, 1990) en in Raster (1988).
De Tilburgse Stichting J.H. Leopold gaf in 1981 zijn
poëzie-vertaalproject Zeg luister eens uit.
Foto: Jan Stads
Ed Schilders
Ronald Peeters
1 november 2015 Presentatie van de dichtbundel met de gedichten die Jasper Mikkers als stadsdichter schreef: Gespiegelde stad.
Bron: internet 2015
Missionarissen van het H. Hart
Regionaal Archief Tilburg - Het Missiehuis circa 1920
De oprichting van een eigen drukkerij hing nauw samen met de
uitgaven van de Annalen van O.L. Vrouw van het H. Hart en de
Almanak. Het eerste nummer van de Annalen werd in 1883
gedrukt bij de Stoomdrukkerij van het R.K. Jongensweeshuis, het
tweede nummer werd in München-Gladbach gedrukt, vanaf de vijfde
jaargang was Lutkie & Cranenburg te 's-Hertogenbosch de drukker, en
vanaf de achttiende jaargang (1898) H.P.M. Verlinden te Bergen op
Zoom. Pas het tweede nummer van de twintigste jaargang (1902) en de
Almanak 1903 blijken in de eigen drukkerij van het Missiehuis
gedrukt te zijn. Hieruit is af te leiden dat in 1902 de
missionarissen een eigen drukkerij zijn begonnen. De eerste persen
werden bediend door de broeders Jan Vriens en Jan Foppele, en later
door Jan Bogaers en Toon Piëtte. Het huidige gebouw van de drukkerij
kwam in 1927 tot stand. Gedurende de Tweede Wereldoorlog lag de
drukkerij stil. Na de oorlog hebben de broeders Jan Vriens en M.
Joosten de drukkerij weer leven in geblazen. Vanaf 1957 trok Frans
Kolsters als commercieel-directeur steeds meer lekenpersoneel aan;
hij maakte van de drukkerij een N.V., waarin de Provinciale M.S.C.
als enige aandeelhouder optrad: de Drukkerij en Uitgeverij Hart
van Brabant was geboren. Later werd de drukkerij door de
Tilburgse zetterij Vorspel N.V. overgenomen. Die zetterij ging
echter failliet. Daarna werd de drukkerij langzaam maar zeker weer
opgebouwd.
juli 2001: Op 4 november 1997 werd in Tilburg de Stichting
dr. P.J. Cools MSC opgericht, een stichting ter bevordering van
de belangstelling voor het oude boek. Initiatiefnemers waren de
boekenliefhebbers Peter IJsenbrant, Jos de Vet,
Jef van Kempen,
Marijn van Kempen, Corrie Kolen en Ed Schilders. Op 16 augustus 1998
organiseerde de stichting de sedertdien jaarlijks terugkerende
Zuid-Nederlandse Boekenmarkt in het centrum van Tilburg. Zie:
BD van 21-10-1997.
Ronald Peeters
Ex Libris Huisbibliotheek MSC
Uitgave van Missiehuis Tilburg, 1925 over de Missie in Papoea Nieuw Guinea.
Bibliografie Missiehuis Tilburg (MSC) uit WorldCat
Ed Schilders De uitgave 'Jeugdjuweel', 1954-1957. Dit is waarschijnlijk nummer 4, 1957, met op de achterzijde van het omslag de letters MSC als parels. Illustrator: Charles Burki.
Bron: Theo Schouw - Muzikaal, kleurrijk en vol taal,
1997 Maurits George Molenaar werd op 12 december 1886 te Sneek geboren.
Hij studeerde sedert 1899 aan het gymnasium te Tilburg en aan de
seminaria te Arnhem en Leuven. In 1911 werd hij tot priester van de
Missionarissen van het H. Hart gewijd, waarna hij in 1912 in Tilburg
leraar werd. Hij was moderator van de studentenvereniging
St.
Leonardus van de R.K. Leergangen. In 1921 vertrok hij naar Sittard.
Pater Maurits Molenaar was medeoprichter en sinds 1922 redacteur van
Roeping. Zijn artikelen over onder andere heiligenlevens
verschenen in Roeping en in Van Onzen Tijd. Hij
publiceerde enkele boeken: In koele schaduw (proza-schetsen,
1921), De H. Gertrudis en Geertruid van Helfta (1925),
een levensbeschrijving van de H. Gertrudis. Voorts Een zeldzaam
mensch (1929) over Ch. de Foucauld, en Mechtild de Begijn
(1932), dat hij in delen reeds eerder in Roeping had
gepubliceerd. Hij vertaalde het boek Don Bosco van de bekende
Franse schrijver Joris-Karl Huysmans (Tilburg, 1935). Pater Molenaar
overleed op 23 juli 1969 te Sittard.
Bron: Internet 2015
Illustratie uit Mechtild de Begijn, door p. Renald Rats ofm.
Bibliografie WorldCat Molenaar, M. 1920. "Over Aberdingk Thijm". Tijdschrift Voor Taal En Letteren. 8: 155-169. Molenaar, M. 1921. In koele schaduw. Tilburg: Het Nederlandsche Boekhuis. Molenaar, Maurits. 1923. Sint Geertruid Molenaar, M. 1929. Een zeldzaam mens (Charles de Foucauld). Oisterwijk: Oisterwijk. Molenaar, M. 1932. Mechtild de begijn. Molenaar, Maurits. 1937. Gemma van Lucca. Nijmegen [etc.]: Dekker & Van de Vegt. Molenaar, Maurits. 1937. God en ik. Heemstede: De Toorts. Molenaar, M. 1940. Peter Jozef Savelberg, een priester van Heerlen. Molenaar, M. 1940. Gemma Galgani: levensschets met gebeden voor noveen en triduum, te harer eer. Kortrijk: Prokuur PP. Passionisten. Molenaar, M. 1941. Een vrouw met gezag. Hilversum: Brand. Molenaar, M. 1946. Die Frau vom anderen Ufer: Ein Lebensbild Mechthilds v. Magdeburg. Aus d. Holländischen übertr. u. eingel. v. Gabriele Dolezich. Heidelberg: Kerle. Molenaar, M. 1950. Sint Geertruid van Helfta als schrijfster. Tilburg: Missionarissen van het H. Hart. Molenaar, M. 1955. Geertruid van Helfta. Amsterdam: Van Munster.
Fontys - Schilderij door Jan van Delft.
In 1912 stichtte hij de Katholieke Leergangen te Amsterdam, die in
1913 naar 's-Hertogenbosch werden overgeplaatst. In 1918 werden de
Leergangen van 's-Hertogenbosch naar Tilburg verplaatst, en Moller
kwam in Tilburg aan de Bredaseweg 371 wonen. In 1920 heeft hij
ontslag genomen als rector van de Leergangen. Op 1 oktober 1922
verscheen het eerste nummer van het door hem opgerichte literaire
tijdschrift Roeping (Tilburg, Drukkerij H. Gianotten),
waarvan hij tot 1929 hoofdredacteur bleef. In het voorjaar van 1924
wordt er in zijn huis een vergadering gehouden, bekend als de
'Tilburgse dag', die uiteindelijk door verschil van inzicht binnen
de kringen van Roeping, zou leiden tot de oprichting in 1925
van een nieuw katholiek literair tijdschrift De Gemeenschap.
Dr. H. Moller was medewerker aan de grote Vondel-editie: De
Werken van Vondel (Amsterdam, 1927-1937, 10 delen), en schreef
ook nog enkele schooluitgaven, zoals Karel ende Elegast
(1904; vele herdrukken, o.a. Tilburg, Het Nederlandsche Boekhuis,
1944) en Vondel's Lucifer (1908; vele herdrukken, onder
andere Tilburg, Het Nederlandsche Boekhuis, 1944). In 1927 verscheen
zijn Beknopte Geschiedenis van de Nederlandse Letterkunde
(Tilburg, Het Nederlandsche Boekhuis).
Ronald Peeters Ed Schilders
Bron: Jaarlijksche Boekenschouw, 1922
Bron: internetveiling
Graf van Moller en zijn echtgenote op de begraaplaats Binnenstad aan de Bredaseweg, Tilburg. Foto: Ed Schilders
In memoriam Hendrik Moller door P.C. de Brouwer Anton van Duinkerken over Hendrik_Moller
Regionaal Archief Tilburg
Encycl. van Noord-Brabant, 3, 1986, p. 121; NvhZ 26-7-1980.
juli 2001: Van Mook was hoofdredacteur van de
Tilburgsche Post In 1934 verscheen het boekje J'accuse. een
onweerlegbaar réquisitoire tegen de Tilburgsche Waterleiding
Maatschappij (Tilburg, Drukkerij Jean Smits en Zn.). Over deze
publicatie en de politieke gevolgen daarvan, zie: Cor G.W.P. van der
Heijden,
Kleurloos,
reukloos en smaakloos drinkwater. De watervoorziening in Tilburg
vanaf het einde van de negentiende eeuw (Tilburg,
1995), p. 154-169. Regionaal Archief Tilburg
Ronald Peeters
Moonen, Huub (30 oktober 2015)
Huub Moonen is geboren, getogen, en woonachtig in Tilburg. Nadat hij in zijn tienerjaren als wever actief was geweest bij de AaBe-fabriek werd hij postbode, en hij bleef dat 32 jaar lang. Hij schreef en publiceerde zijn herinneringen op www.CuBra.
Moonen, Werner (28 december 2015)
Ed Schilders
Werner Eric Moonen werd op 26 mei 1940 in Gent geboren. In 1949 vestigde hij zich als student aan de ‘tekenacademie’ in Tilburg. Hij studeerde aansluitend in Parijs en Oslo, maar zou in Tilburg blijven wonen tot zijn dood op 23 oktober 2011. Moonen genoot internationale bekendheid door zijn grafisch werk, maar hij was ook kunstschilder, beeldhouwer, en fotograaf met een voorkeur voor slechts zelden nog toegepaste technieken. Hij was docent aan de Academie Sint-Joost in Breda (1982-2000), en bij het Duvelhok (Tilburg, 1979-2000). In 2000 ontving hij van de Tilburgse Kunststichting een erepenning voor zijn inzet voor het Tilburgse cultuurgoed. Als boek, map, of tijdschrift publiceerde Moonen:
- 1979 map met 9 etsen Een van Moonens minder bekende werken betreft de ‘herziening’ van een veertigtal boeken en drukwerken door zijn papegaaien Toto en Krikri. Daarbij werden de drukwerken enige tijd voorgelegd aan de papegaaien, die naar believen hun bek in het papier zetten. De snippers en de bolletjes die zij vervolgens van dat papier maakten en achterlieten, werden door Moonen zorgvuldig bewaard. Zodra het gehavende boek de vorm had gekregen die Moonen beviel, werd het aan de herziening onttrokken. Een catalogus met foto’s van de herziene boeken verscheen in 2002 in eigen beheer in beperkte oplage. Encyclopedie van Tilburg; overlijdensadvertentie Werner Moonen; Herzien (2000); www.cubra.
Foto's: Werner Moonen; uit: Herzien (2002)
Foto's Ed Schilders
Links: catalogus van de door Toto en Krikri herziene boeken (2002). Rechts: co-auteurs Toto en Krikri. Foto uit Kopvoeter, Werner Moonen. Fotowerk van Werner Moonen in de rubriek Brabants Licht op CuBra
Regionaal Archief Tilburg Jan Marie Joseph van de Mortel, op 16 juli 1914 te Tilburg geboren als zoon van burgemeester mr. J.C.A.M. van de Mortel, werd postuum auteur van het boek Kamp Vught januari 1943 - september 1944, dat in 1990 door de 'Stichting Archieven 1940-1945' te Vught is uitgegeven. Van de Mortel zat van februari 1943 tot september 1944 in Kamp Vught, waar zijn broer Joost op 10 augustus 1944 werd gefusilleerd. Daarna werd hij afgevoerd naar Sachsenhausen en vervolgens nog in diverse andere kampen geïnterneerd, totdat hij in mei 1945 door de Engelsen werd bevrijd.
Op 11 oktober 1956 is Jan van de Mortel aan de gevolgen van de
kwalen die hij in gevangenschap had opgelopen in een sanatorium te
Dekkerswald bij Nijmegen overleden en in Tilburg begraven.
Inleiding Urias Nooteboom in: Jan van de Mortel,
Kamp Vught januari 1943 - september 1944, Vught, 1990; HN van
7-5-1990; GAT, Collectie bidprentjes. Ronald Peeters
internet 2015 - illegale bladen uit de Tweede Wereldoorlog.
mularipress (14 augustus 2015)
Bibliofiele uitgeverij/margedrukker uit Tilburg van grafisch kunstenaar Walter Kerkhofs. Mogelijk is dit de enige uitgave (2015): De weg ernaartoe, gedichten van Jace van de Ven, zeefdrukwerk Walter Kerkhofs; 2009.
Ed Schilders
Regionaal Archief Tilburg
Adrianus Norbertus Mutsaers werd op 8 juli 1856 te Tilburg geboren.
Hij studeerde aan de seminaria van het bisdom 's-Hertogenbosch en
werd op 3 juni 1882 tot priester gewijd. Een jaar later werd hij
benoemd tot professor aan het klein seminarie te St. Michielsgestel.
Vanaf 1903 was hij pastoor te Cuijk, en vanaf 17 januari 1908
pastoor van de parochie St. Jozef (Heuvel) te Tilburg.
Mutsaers, fr. Celestinus (18 september 2015)
Celestinus Mutsaers is de kloosternaam van Goedfridus Mutsaers, die op 9 augustus 1864 in Tilburg werd geboren. In 1885 legde hij de eeuwige geloften af in de congregatie van de fraters van Tilburg (CMM brothers). Na enige jaren in het onderwijs te hebben gewerkt in Tilburg en Grave, wordt hij in 1894 overgeplaatst naar Den Bosch, waar hij tot 1934 onderwijzer is en zich inzet voor sociaal werk. Celestinus Mutsaers leidde daar ook een toneelclub, en hij publiceerde toneelteksten voor de jeugd van eigen hand. Hij overleed op 18 januari 1936 in Huize Steenwijk in Vught. Jef van Kempen, ‘De vliegmachine van frater Celestinus’, in: Enigen uit velen, Fraters van Zwijsen in 22 portretten, Joep Eijkens (red.), Tilburg, De Schaduw, 1994. WorldCat Celestinus, Fr.M. n.d. De grenswacht op de bruiloft: blijspel in twee bedrijven. 's-Hertogenbosch: Mosmans. Celestinus, Fr.M. n.d. Sardino: kind-martelaar van het coliseum : drama in vijf bedrijven met apotheose. 's-Hertogenbosch: Mosmans. Celestinus, Fr.M. n.d. Israël in Egypte: bijbelsch drama in vier bedrijven, gevolgd door : Twee tableaux vivants. 's-Hertogenbosch: Mosmans. Celestinus, Fr.M. n.d. Kruis en kroon: historisch drama in vijf bedrijven met apotheose. 's-Hertogenbosch: Mosmans. Celestinus, Fr.M. 1921. Newa's elftal, kampioen! Blijspel in 2 bedrijven. 's-Hertogenbosch: Mosmans. Celestinus, Fr.M. 1927. Toovenaar en catechist: missiespel in 3 bedrijven. 's-Hertogenbosch: Mosmans.
Lectuur Repertorium: De loco-burgemeester van Calmpthout
Regionaal Archief Tilburg
Dionysius Mutsaerts werd in 1578 in Tilburg geboren als zoon van Denys Jan Denis Adriaen Mutsaerts en Jenneken Willem Reyner Gerit Reynen. Hij deed omstreeks 1600 zijn intrede in de orde van de norbertijnen te Tongerlo, waar zijn oom Nicolaas Mutsaerts toen abt was, en hij werd op 23 maart 1603 aldaar geprofest. Na zijn priesterwijding in 1606 studeerde hij drie jaar aan de universiteiten van Douai en Leuven. Hij was vervolgens kapelaan te Diest (1609-1613), circator der abdij van Diest (1614) en pastoor te Kalmthout (1616-1625). In 1625 vertrok hij naar Rome waar hij een groot aandeel had in de stichting van het Norbertijns College aldaar. Van 1626-1635 was hij proost van het klooster Sinte Catharinedal te Breda. In 1635 vertrok hij naar Antwerpen voor een behandeling van een spierbreuk. Hij verbleef daar in het huis van zijn vriend, de bekende uitgever en drukker Hieronymus Verdussen. In diens woning is hij op 19 november 1635 aan zijn kwaal overleden. Hij werd begraven voor het hoogaltaar van de kloosterkerk van Sinte Catharinedal. Dionysius Mutsaerts was een groot geschiedschrijver. Bij Hieronymus Verdussen te Antwerpen gaf hij in 1622 in twee dikke delen (ca. 2000 bladzijden) De Kerckelycke Historie uit; twee jaar later gevolgd door een vernieuwde uitgave Generale kerckelijcke historie van het begin der wereld tot het jaar onses Heeren Jesu Christi MDCXXIV. De titelbladen van de eerste uitgave zijn in kopergravure uitgevoerd naar ontwerp van Peter Paul Rubens. Verdussen had bij privilege van de koning van Spanje voor de periode van zes jaar het alleenrecht voor het drukken en verkopen van het boek verkregen. Op overtreding stond een boete van dertig gulden voor elk exemplaar. In 1630 schreef hij, wederom in het Nederlands, over het leven van de H. Norbertus. Hij liet een litanie van de H. Augustinus drukken, die werd goedgekeurd door de H. Stoel en in Tongerlo werd gebeden. Zijn nagelaten handschrift over de levens van de heiligen uit de orde van de norbertijnen, werd door Ludolphus van Craeywinckel, kanunnik van Tongerlo, in druk uitgegeven. Een ander werk over heiligen uit de orde van de norbertijnen, Natales Sanctorum Ordinis Praemonstratensis, dat in 1625 door Joannes Chrysostomus van der Sterre in Antwerpen werd uitgegeven, is vermoedelijk grotendeels aan een handschrift van Mutsaerts ontleend. Een archiefoverzicht van de abdij van Tongerlo uit 1718 vermeldt nog twee werken van Mutsaerts: een verzameling van verhandelingen over het kerkelijk recht en van sermoenen.
J.A. Coppens, Nieuwe beschrijving van het bisdom
van 's-Hertogenbosch, deel III, 2e afd., 's-Hertogenbosch, 1843,
p. 180-181; L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom
's-Hertogenbosch, deel V, St. Michielsgestel, 1876, p. 731-732;
F.M. Geudens, Maria's Tongerloo, Turnhout, 1912, p. 54-55; L.
Langeweg, Het geslacht Mutsaerts te Tilburg 1450-1960, z.pl.
en z.j.; H. Bots e.a., Noordbrabantse studenten 1550-1750,
Tilburg, 1979, p. 531; Ronald Peeters, De straten van Tilburg,
Tilburg, 1987, p. 139; GAT, Bibliotheek, z. nr., een deel van
De Kerckelycke Historie. Regionaal Archief Tilburg
Bron: Internet
Muurkranten, Tilburgse (22 juni 2015)
“Stadhuis bekent corruptie”, “Van der Lee steelt”, “Kantelberg koele killer”, “Vrouwen uitgekleed”, “Wethouder wil hogerop”, “Foute Wouten”, “Eén Brokx ellende”: In de jaren 1978-1995 verschenen met grote regelmaat zeefdrukaffiches met pakkende koppen op de Tilburgse muren, geplakt op in het oog springende plaatsen zoals fabriekspoorten, bushaltes, brievenbussen, bij ingangen van openbare gebouwen of in drukke winkelstraten. In het depot van Regionaal Archief Tilburg ligt een aanzienlijk deel van deze muurkranten opgeslagen; grote formaten, gedrukt op slechte kwaliteit papier en summier beschreven. Astrid de Beer en Mirjam Heijs, beiden werkzaam bij Regionaal Archief Tilburg, publiceerden er in Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur in 2014 (jrg. 32 nr. 1, p. 11-18) een uitvoerig artikel over onder de titel ‘Geen censuur op de muur! De muurkrant in Tilburg 1978-1995’.
Astrid de Beer, Mirjam Heijs, ‘Geen censuur op de muur!' Regionaal Archief Tilburg
Majoie, Johnny
Marcelis, Theo
Mayer-Roos, Anita
Mèn Tilburg
Mortel, Jan van de
Mutsaers, Adrianus |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||