|
|
Ronald Peeters
Kees van Kalmthout - Henk Kuiper
Kees van Kalmthout werd op 28 april 1948 te 's-Gravenhage geboren. Hij studeerde aan de Pedagogische Akademie te Tilburg, enige jaren kulturele antropologie aan de Universiteit te Nijmegen, en was student aan de Akademie voor Beeldende Vorming te Tilburg. Vanaf 1970 woonde hij in Tilburg, waar hij docent Nederlands en Kreatief spel was. Kees van Kalmthout debuteerde in 1968 als poëtisch avant-gardist met de gedichtenbundel In de handpalm (Eindhoven, Opwenteling). Hij kreeg nationale bekendheid met zijn dichters-happenings, vooral in 's-Hertogenbosch, samen met o.a. de avant-gardisten Peter van Lieshout en Hans Vlek. Daarna volgden de bundels Het land achter de spiegel (Eindhoven, Opwenteling, 1969), Quant à moi en de andere kant der dingen, een eigen uitgave van zijn Universal Work Community uitgeverijtje (1971), Vise versa (Tilburg, UWC, 1972), met tekeningen van Jan Lemmens, Voor de verandering (Tilburg, UWC, 1974) en Achter de nadag (Tilburg, Boekhandel Gianotten, 1981). In Konsolide (Tilburg, Universal Work Community, in samenwerking met Boekhandel Gianotten en Stichting Musische Vorming, 1982) werd door hem een selectie uit zijn zes eerder verschenen bundels uit de periode 1967-1982 opgenomen. Een selectie uit deze bundel werd in 1983 ook in de Verenigde Staten uitgegeven door de Moving Parts Press in Santa Cruz. Daar publiceerde hij in enkele literaire tijdschriften zoals Visions, Owlflight en de in New York verschijnende Negative Capability en Quater Moon.
Kees van Kalmthout voelde zich als dichter het meest verwant met Gerrit
Achterberg: Bij het schrijven heb ik soms het gevoel dat Achterberg over
mijn schouder staat mee te lezen.
Op 12 november 1993, twee jaar na zijn dood, werd door de 'Werkgroep
Kees van Kalmthout' een luxe herdenkingscassette gepresenteerd onder de
titel Kees van Kalmthout: zonder naam maar niet naamloos
(Eindhoven Airport, Uitgeverij Kempen Group, 1993), met daarin ondermeer
een CD, een selectie van zijn gedichten en herinneringen van vrienden en
collega's. Zie: HN van 19-11-1992 en 5-11-199, DTK van
18-11-1993, Tilburg Vrij Uit van 10-11-1993, Cees van Raak, 'Kees
van Kalmthout. Een rusteloos kunstenaarsleven', in: Tilburg Magazine,
dec. 1996, p. 25-27. Op het graf van Kees van Kalmthout staat de tekst:
'Ik geloof dat ik schreef / om gelezen te worden. En / spiegelde me
aan het woord / dat ongezien richting gaf'.
In memoriam Kees van Kalmthout door Cees Verraak (Cees van Raak). Eenzijdig bedrukt en gesigneerd drukvel (A4). Uitgever en oplage niet bekend.
In de eerste helft van de negentiende eeuw waren er in Tilburg slechts enkele boekhandels: A. van der Voort en zonen, de Wed. J. van Gemert, Willem Bergmans en de Gebroeders De Kanter. De boekhandelaren Gebroeders De Kanter op het Goirke zonden volgens een artikel in het tijdschrift De Katholiek, in 1844 een lijst rond ter inteekening op de Christelijke Bibliotheek, uit te geven onder bescherming en toevoorzigt van Z.D.H. Mgr. de Bisschop van Emmaus, ten voordeele der Katholieke Missie van Curaçao. Op het omslag van deeltje 5 van de Christelijke Bibliotheek staat dat zij met succes debiteeren het fraaije werkje: 'Silva, of het vermogen der deugd', door den schrijver van Lorenzo en van Dom Leo, met titelplaat in steendruk - f 0,60. Als uitgever wordt vermeld: Katholijke boekhandel van Gebroeders de Kanter 1845. In 1847 gaven zij het Tijdschrift voor Opvoeding en Onderwijs in de geest der Katholieke Kerk uit, vermoedelijk het oudste katholieke tijdschrift voor onderwijzers in Nederland. Drie jaar later werd het tijdschrift wegens gebrek aan voldoende financiële middelen, overgenomen door P.F. Braam te Rotterdam. In het Gemeentearchief van Tilburg bevinden zich nog twee uitgaven van de Gebroeders De Kanter: Epistels en Evangelien, met de gebeden genaamd Collecta, Secreta en Post-Communio [...] (1845) en Broederschap van het Allerheiligste en Onbevlekte Hart van Maria, in de parochiale kerk van den H. Dionysius te Tilburg aan het Goirke (1845). Het is niet met zekerheid bekend of zij naast hun Katholijke Boekhandel ook een drukkerijtje hadden. In het Gemeentearchief van Tilburg zijn diverse bidprentjes aanwezig die uitgegeven en vermoedelijk gedrukt zijn door de Gebroeders De Kanter.
Met 'de Gebroeders' worden bedoeld: Josephus Hendrikus de Kanter, op 19
februari 1815 te Tilburg geboren, en Norbertus Nicolaas de Kanter,
geboren op 19 april 1813, zonen van Jan de Kanter en Cornelia Dekker. De
gebroeders De Kanter waren naast boekhandelaar ook zelfstandige
ondernemers. Norbertus had een wolfabriek in de Goirkestraat die hij aan
Christiaan Mommers verkocht, toen hij in 1859 een leerlooierij stichtte
in de voormalige Lancierskazerne. Hij overleed op 7 juni 1872. Zijn
broer Josphus was sinds 1838 koster van het Goirke en woonde op de hoek
Kasteeldreef-Goirkestraat. Hij was getrouwd met Anna Catharina van den
Heuvel (geb. Tilburg 6 januari 1827). In het adresboek van 1865 staat
vermeld: De Kanter-van den Heuvel, Fabrikant in wollen manufakturen
en boekhandelaar Goirken 352, en elders ook als Boek- en
papierhandelaar. Josephus de Kanter bleef ook koster. Hij overleed
op 101-jarige leeftijd te Tilburg op 2 januari 1916.
Viering van J.H. de Kanters honderdste verjaardag op het Goirke, 1915.
Karitas (27 mei 2015)
Bron: Facebookpagina De Waanzinnige kluizenaar
Karitas is de schrijversnaam van broeder Sensatus, die op 4 september 1900 in Tilburg geboren werd als Johannes-Wilhelmus – ‘Hans’ -- Happel, het negende kind van sigarenmaker Joannes Happel en Joanna Obben. Happel werd op 1 maart 1918 geprofest als lid van de congregatie der Broeders van Liefde – wier lijfspreuk ‘Deus caritas est’ is, en was werkzaam als leraar aan het St. Eduardusgesticht in Merksem (Antwerpen), en later in Noordwijkerhout. Op 6 april 1940 trad hij uit de congregatie. Hij overleed op 5 januari 1968 in Tilburg. Happel schreef drie boeken voor de jeugd; - De waanzinnige kluizenaar (1931). Averbode: Goede Pers, Lenteweelde-Bibliotheek. Met 10 illustraties van 'Joz.' - Een ferme robbedoes. (193?) Alkmaar: Van Putten & Oortmeijer. - Kite en Sprinkel (193?). Averbode, Goede Pers. Daarvan is vooral De waanzinnige kluizenaar zeer populair geweest met acht herdrukken: 1931, 1944, 1947, 1959, 19??, 1973, 1977, 1979. De drukken uit de jaren ’70 verschijnen postuum in enigszin aangepaste vorm en onder zijn familienaam: Hans Happel (Averbode). Daarnaast heeft Happel nog een missaal voor kinderen geschreven, dat wij tot nu toe niet hebben kunnen opsporen (en die mogelijk ook niet uitgegeven is). Daarover zei de zoon van Happel, eveneens Hans geheten, tegen een Vlaamse krant (ongedateerd knipsel op Facebook): ‘Om taalfouten te vermijden liet hij het nalezen door Ploni Boonma (Boonman?), een onderwijzeres. Zij raakten verliefd op elkaar en zijn in 1942 gehuwd. Zij kregen een zoon en dat was ik.’
Daarna
heeft Happel nooit meer een boek geschreven. In Tilburg dreef het
echtpaar een winkel in kunstnijverheid, met name kerkkeramiek.
Jef van Kempen (zittend) tijdens de presentatie van zijn boek Laatste Bedrijf (2012) bij boekhandel Livius, met feestredenaar Ton van Reen. Foto van Van Kempens literaire website fleursdumal
Jef
van Kempen, geboren op 6 september 1948 te Tilburg, publiceerde poëzie
in Dietsche Warande & Belfort en schreef in SIC een essay
over priester-dichter Cyriel Verschaeve (1989). Voor de Tilburgse
literatuurgeschiedenis heeft hij baanbrekend werk verricht. Samen met
Rolf Janssen schreef hij in Actum Tilliburgis (1982) een artikel
over de Tilburgse dichter van De Stijl Antony Kok. Over Kok maakten zij
in 1985 in de Tilburgse Stadsschouwburg een tentoonstelling. In
Tilburg. Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur
publiceerde Jef van Kempen vijf bijdragen, respectievelijk over Antony
Kok (samen met Rolf Janssen, 1984), Joris-Karl Huysmans in Tilburg
(1988), Theo van Doesburg in Tilburg (1989), het Tilburgse letterkundige
tijdschrift Bloemkrans (1991) en de relatie tussen Guido Gezelle en de
Tilburgse frater Ludovicus van den Houdt (1991).
In 2013 verscheen de Franse vertaling van het
artikel over 'J.-K. Huysmans in Tilburg' door Jef van Kempen,
oorspronkelijk gepubliceerd in Tilburg Tijdschrift (1988), waarin
opgenomen Van Kempens vertaling van Un campement de bohémiens (Een
zigeunerkamp). De tekst is vertaald en van uitgebreide aantekeningen
voorzien door Jan Landuydt.
Bron: Huysmans.org (links) & Art Brut
Vertaling door Jef van Kempen van Huysmans' Un campement de bohémiens - De bekering van J.-K. Huysmans, artikel uit De Parelduiker door Jef van Kempen en Ed Schilders - Foto's van Antony Kok uit het archief van Jef van Kempen - Jef van Kempen over De Stijl
Artikel over Huysmans in Tilburg, door Jef van Kempen, uit Tilburg Tijdschrift (1988) Kempen, Jef van - Over De Stijl en het Centraal Station in Tilburg (Tilburg Tijdschrift)
Kerkhofs, Walter (22 juni 2015)
Walter Kerkhofs werd in 1944 geboren in Reusel. Hij volgde zijn kunstopleiding in Tilburg, Rotterdam en Pozdan (Polen). Tijdens deze laatste studie (1969) zette een boek over grafische volkskunst hem op het goede spoor: grafiek werd voor hem hét medium om zijn artistieke ideeën uit te drukken. Daarnaast is hij ook actief als ruimtelijk kunstenaar, zoals in zijn samenwerking met Cees Gubbels in de Maatschap WKG van 1981-1990. Eerder stonden beiden aan de wieg van de allereerste galerie in Tilburg: Hollandse Nieuwe (1969-1970). Walter Kerkhofs maakt zeefdrukken, kunst in samenhang met architectuur en grafiek en illustraties voor bijzondere, bibliofiele uitgaven, zoals dichtbundels (bij Saudade press/Fadopress en teleXpress) en kalenders. Sinds 1989 geeft Walter Kerkhofs les in grafiek aan de Fachhochschule für Gestaltung, Hamburg. Walter Kerkhofs exposeerde in onder meer Keulen, Montreal, Boedapest, Amsterdam en Tilburg. [Bron: Cees van Raak, Cultureel Lexicon Tilburg, Tilburg 2008]
Leren lezen Lesen lernen, 1977; Pro Graph (boven en links). Tussen aftrap en opstap; Fadopress, 1999.
Luigi Pulci, Morgante Maggiore; vertaling Frans van Doorn; Saudade press, 1996.
Albert Megens, Buigen voor een jonkheer; 't Vliegend Wiel, Riel, 2002.
Samenwerking met Jace van de Ven
Uit de bundel Bezijden de Noordstraat, Brandon Pers, 1999
Rijmprent ter gelegenheid van de eerste boekenmarkt van Tilburg, Stichting dr P.J. Cools, 1999
Gedichten naar aanleiding van drie fietstochten van Jace van de Ven en Walter Kerkhofs naar Griekenland; mularipress, 2009.
Hij schreef ook een aantal boeken: Het andere wijnboek (Amsterdam, Becht, 1973), de wijnkatern in Het Culinair Vademecum (Amsterdam, Universum, 1974), Wijn (Gorinchem, De Ruyter, 1974), Weet wat wijn is (Laren, Luitingh, 1975), Elseviers Grote Wijnboek (deelvertaling van 'The Taste of Wine' van Pamela Vandyke Price, 1976), Sprookjes onder de wingerd (Laren, Skarabee, 1977, geïllustreerd met naaldsculptures van Cecile Dreesmann), Praktische wijngids (Laren, Luitingh, 1978), Kleine Wijnencyclopedie (Laren, Luitingh, 1979, 7 drukken), Kleine Coctailencyclopedie (Laren, Luitingh, 1981), Het grote wijnboek (Deurne, Publiboek/Baart, 1982). Het meest bekend is zijn magistrale handboek De wijnen van Spanje en Portugal (Haarlem, Schuyt, 1985). Dit boek is bovendien geïllustreerd met fraaie aquarellen en pentekeningen van Rob Kerstens zelf. In 1988 herschreef hij twee eerdere boeken en bundelde deze in Kleine Wijn- en Coctailencyclopedie (Utrecht, Kosmos). Hij schreef het voorwoord voor het boek Jan Asselbergs: leven en werk (Tilburg, Tilburgse Kunstkring, 1987).
In 1982 werd hem, als eerste buitenlander, vanwege zijn inspanningen ter
popularisering van Spaanse wijnen, in het bijzonder de sherry, door de
gevolmachtigde minister Marques de Casa Mena, namens koning Juan Carlos
I van Spanje, de Cruz de la Orden del Merito Agricola uitgereikt.
In 1983 won hij de eerste prijs met een artikel in een internationale
wedstrijd van het blad Elegance.
Rob Kerstens overleed in Oisterwijk op 3 maart 2016.
Kessels, Elsa (27 mei 2015) Elsa Marie Louise Elvire de Mul werd op 17 mei 1909 geboren in Sas van Gent, en huwde met Mathijs Hendrik Pieter Josef Kessels, de oudste zoon van Mathijs Kessels en Philomena Crijns, in Tilburg bekend als eigenaren van de legendarische muziekinstrumentenfabriek. Elsa Kessels bekwaamde zich als schilderes maar schreef ook het heiligenleven van Sint-Godelieve van Gistel en een sprookje voor leerlingen van middelbare scholen. - De vrouwe van Ghistel. Schiebroek: Vox Romana.
- Het
geheim der drie vreugden: Een sprookje voor middelbare scholen,
Kweekscholen en M.U.L.O. Tilburg: Menne.
Links:
bron: internet. Rechts: Houtgravure uit 1946, ex libris voor Elsa
Kessels door H. Corvers,
Er werden ook gedrukte liedjes door straatzangers uitgegeven, bijvoorbeeld: Opzienbarende Bekentenis van den 18 jaren geleden Moord, op Maria Kessels.
Liedblad uit 1918. In dat jaar meldde zich bij de politie een man die bekende Marietje Kessels te hebben vermoord. Hoewel het drama al bijna twintig jaar geleden gebeurd was, was het nog zo bekend dat straatzangers er een lied over ten gehore brachten. Dit exemplaar bevat de aantekening dat het op 6 april 1918 in Helmond op de markt gekocht is van een straatzanger.
Bron: Geheugen van Nederland
Bron: Geheugen van Nederland
Van Marietje Kessels is een oefenschriftje bewaard gebleven, waarin zij versjes en liedjes heeft geschreven. Het dateert van 1898. Een van de versjes is het heilig Hart-vers, waaruit het fragment:
Marietje Kessels (1889-1900) ligt begraven op de begraafplaats van 't Heike aan de Bredaseweg (graf A 11/45).
Graf Marietje Kessels, Begraafplaats Binnenstad (Bredaseweg). Foto: Ed Schilders
Uitgave van het satirische en kritische tijdschrift De ware Jacob, kort na de moord. Het bijschrift luidt: De moord te Tilburg./ Jacob tot Vrouwe Justitia: Het Nederlandsche volk eischt van U dat ge uw plicht doet.../ Vrouwe Justitia: Hoe gaarne zou ik willen, maar die duisternis... die onbekende machten...! De prent is gesigneerd 'Kees'; waarschijnlijk is dat Kees van Dongen.
Martin Ros (rechts) overhandigt in Persclub Bourgondië het eerste exemplaar van Moordhoek aan Max Horbach (zoon van Marietje's oudste zus), 1988. Fotograaf onbekend.
In 2000 werd in een archief een tweede dossier ter zake van de moord op
Marietje Kessels teruggevonden. Het betrof het dossier van de officier
van justitie, en dat had in feite geen goede reden om zich in het
archief van het Tilburgse advocatenkantoor Holla Poelman op te houden. Dit dossier
bracht geen nieuwe feiten aan het licht maar bevat wel enige unieke
'overtuigingsstukken' (tastbaar bewijsmateriaal) zoals een stukje hout
waarop bloed zou zijn aangetroffen en een postmortemfoto van het
slachtoffer op de plek waar haar lichaam verborgen werd.
De dossiermappen uit het archief van advocatenkantoor Holla Poelman. Foto: Ed Schilders.
Gedicht voor Marietje Kessels door Jace van de Ven
Uit: Bezijden de Noordstraat; zeefdruk: Walter Kerkhofs.
Impromptu voor Klavier, gecomponeerd door Richard Hol, een huisvriend van de familie Kessels, 'ter herinnering aan mijn jeugdig vriendinnetje', in 1901, en uitgegeven door M.J.H. Kessels.
Het Impromptu van Richard Hol verscheen in 1988 voor het eerst op een geluidsdragen (cassetteband). Uitvoering door Cécile de Grijs (Oisterwijk) en geproduceerd door Pianohandel Jos W. Simons, Tilburg.
In 1996 verzorgde ONS-theaterprodukties (Tilburg) een succesvolle toneeluitvoering op basis van Moordhoek. De toneeltekst werd geschreven door Piejan Dusee. Ter gelegenheid van deze productie werd een bloemlezing uitgebracht van (volks)poëzie met betrekking tot de 'gruweldaad', samengesteld door Cees van Raak (ONS-theaterprodukties, Tilburg 1996)
Luc Verschuuren, Nieuwsblad van het Zuiden 29 november 1988
Ter gelegenheid van de herdenking van de honderdste sterfdag van
Marietje Kessels (22 augustus 2000) schreef de Perzisch-Nederlandse
rechtsgeleerde en dichter Afshin Ellian
het gedicht 'Voor Marietje'. De tekst verscheen in het Perzisch (Farsi)
als rouwadvertentie in het Brabants Dagblad. De vertaling werd
opgenomen in een redactioneel artikel. De herdenking was een initiatief
van Berry van Oudheusden en
Stichting Ruimte-X.
Mathijs Joseph Hubert ('Mathieu') Kessels werd op 1 maart 1858 te Heerlen geboren. Hij richtte samen met zijn broer Pieter Joseph Frans ('Jos') Kessels in 1880 in hun woonplaats Heerlen een muziekuitgeverij op, en kort daarna gaan zij ook handelen in muziekinstrumenten. Toen Jos Kessels in 1884 directeur werd van de Nieuwe Koninklijke Harmonie te Tilburg, ging Mathieu alleen met het bedrijf verder. Vanaf 1886 gaf hij De Muziekbode (later De Nieuwe Muziekbode genoemd) uit. In de loop van 1886 is zijn bedrijf naar Tilburg verplaatst. Aanvankelijk repareerde hij koperen blaasinstrumenten in zijn 'Nederlandsche fabriek van Muziekinstrumenten' in de Wolstraat; omstreeks 1890 is er sprake van het maken van nieuwe muziekinstrumenten in een fabrieksgebouw aan het Wilhelminapark, en vanaf 1897 aan de Industriestraat. Vermoedelijk is hij in 1897 met een eigen drukkerij voor muziekuitgaven gestart. Over de Muziekinstrumentenfabriek van M. Kessels en de voortzettingen daarvan, werd uitvoerig gepubliceerd door mevr. drs. C. Gorisse (1990) en Luud de Brouwer (1991). In 1960 werd op het Industrieterrein-Noord een straatnaam naar hem en zijn bedrijf genoemd.
Mathieu Kessels heeft zelf ook gepubliceerd. Hij schreef een aantal
operettes die in druk werden uitgegeven, zoals De kozakken te
Oosterhout. Operette in twee bedrijven (Tilburg, Scholberg, z.j.).
In 1907 gaf hij in eigen uitgeverij, die hij 'Hof-Muziekdrukkerij'
noemt, een merkwaardig boekje uit onder de titel Eene Repetitie te X.
Humoristische schets door M.J.H. Kessels, waarin hij over een bezoek
aan een plattelands-muziekkorps in het plaatsje X omstreeks 1886
verhaalt. In het herdenkingsboek van de Kon. Schutterij St. Sebastianus
te Heerlen, 1480-1930, schreef hij in Limburgs dialect het verhaal
Beej het 450 jeurig Jubileum der Sint Sebastianus Sjuttereej va Hèhle
(Heerlen, 1930).
De operettes van Mathieu Kessels zijn: De bokkerijders : operette in drie bedrijven en een tussenspel; première 2 februari 1900 in Tilburg [mogelijk niet in de handel verschenen] 1903: De kozakken te Oosterhout. Operette in twee bedrijven. Tilburg: Scholberg, z.j. 1911: De Mei-koningin van Geleen: Operette in 3 akten : (naar historische gegevens van Ecrivisse). Tilburg. Deze operette werd in het voorjaar van 1900 al met groot succes uitgevoerd in Dongen. Kessels' libretto is gebaseerd op een vertelling van Pieter Ecrevisse, ‘De meikoningin van Geleen’, in: Vier verhalen uit het land van Zwentibold, Antwerpen, J. Schuermans, ca. 1880.
De cast van De meikoningin van Geleen in 1911; uitvoeringen in Tilburg. Foto uit De Prins, april 1911. Bron: veilingsite internet.
Prozawerk van Mathieu Kessels: 1880: Naar 't concours: Een historisch verhaal in luimig gewaad. Tilburg: M.J.H. Kessels, Hofmuziekdrukkerij 1907: Eene Repetitie te X. Humoristische schets door M.J.H. Kessels: Tilburg, Hof-Muziekdrukkerij 1922: Der Koehp va Hehle in de sjlag va Waterloo. Ee Hehlisj vertelsel. Valkenburg. 1922: Kermis. Eene Limburgsche schets. Jos. Crolla, Valkenburg (Limburg) 1930: Beej het 450 jeurig Jubileum der Sint Sebastianus Sjuttereej va Hèhle: Heerlen, herdenkingsboek van de Kon. Schutterij St. Sebastianus te Heerlen, 1480-1930 Herdrukken en vertalingen: 1971: Der Koehp va Hehle in de sjlag va Waterloo: Ee Hehlisj vertelsel. Valkenburg: Jos. Crolla. 1981: Kermis in Heerlen: Eene Limburgsche schets. Heerlen: Van Hooren. 2005: Kessels, M. J. H., & Prickaerts, G.. D'r Kuëb va Heële: Het authentieke verhaal uit 1922 in het Heerlens en Nederlands van nu. S.l.: Prickaerts.
2009:
Kobus in de slag bij Waterloo. In het Nederlands vertaald door
Jo Jongen. Z.pl. [Zaltbommel?], Nederlandse pianolavereniging &
Muziekinstrumentenmuseum Tilburg.
Multimediaspel uit 2005 door PeterHofland en Berry van Oudheusden.
Naar 't concours: Een historisch verhaal in luimig gewaad. Bron: DBNL
Der Koehp va Hehle in de sjlag va Waterloo. Ee Hehlisj vertelsel.
Bron: DBNL.
Omslag van Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.
Uit: Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.
Uit: Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.
Uit: Der Koehp fan Hejle; illustrator niet bekend.
Illustraties uit Kermis. Eene Limburgsche schets. Illustrator niet bekend.
Omslag van de vertaling in het Nederlands van Der Koehp fan Hejle door Jo Jongen, 2009
|
Ketelaars, Jeroen
(22 juni 2015)
Foto: Jan Stads, 2008.
Jeroen
Ketelaars (Udenhout 1977) studeerde Engels aan de Fontys
Hogescholen in Tilburg en Amerikanistiek aan de Katholieke
Universiteit Nijmegen. Van 2003 tot 2006 was hij medewerker van het
Schoordijk Instituut, het onderzoeksinstituut van de
rechtenfaculteit van de Universiteit van Tilburg. Als journalist is
hij werkzaam bij het Brabants Dagblad, waarvoor hij onder
meer de rubrieken Weerzien en Geheugen van Tilburg verzorgt. Sinds
2006 is hij redacteur van Tilburg: Tijdschrift voor geschiedenis,
monumenten en cultuur. Ketelaars schreef over diverse Tilburgse
onderwerpen, zoals Café Zomerlust (even over de kanaalbrug)
1936-2001 (2001), sex drugs appeltaart & 400 andere teksten
op Tilburgse muren (2005) en Tilburg met hart en ziel
(met Ronald Peeters, Jan Stads en Paul Spapens; 2007) en De
historische canon van Tilburg in vijftig verhalen (met Joep
Eijkens, Ronald Peeters, Ed Schilders, Paul Spapens, Jan Stads en
Gerard Steijns) (2008). Als redacteur was hij betrokken bij onder
meer De Wandeling: Een selectie van 20 avonturen met René
Bastiaanse (2006) en WeerZien: Honderd oude foto’s en hun
verhaal (2006). Verder schreef hij de boeken: Lange dagen,
vaste klanten. Oisterwijkse middenstanders zo’n zestig jaar geleden
(2007), In Tilburgs bezit. Historische objecten uit de collectie
van de gemeente Tilburg (met Ronald Peeters) (2009), Deze
jongen. Gerard van Maasakkers totnogtoe (met Joost Goutziers, 2009) en
Veertien tuinen, vier seizoenen. Leven met de natuur op
de Tilburgse volkstuinen (2015).
Jeroen Ketelaars - Levensbeschrijving van Kees Mandos (Tilburg Tijdschrift)
Keurraad voor Roomsche Jeugdlectuur
Op 25 juni 1924 werd door de Fraters van Tilburg de Keurraad voor Roomsche Jeugdlectuur opgericht. Onder voorzitterschap van fr. Ludwinus Kleyberg waren zes congregaties van mannelijke onderwijsgevenden in de Keurraad vertegenwoordigd, namelijk die van Tilburg, Maastricht, Utrecht, Dongen, Oudenbosch en Huybergen. De Keurraad stelde zich ten doel mee te werken aan het tot stand komen en het verspreiden van goede roomsche lectuur. Fr. Sigebertus Rombouts was de initiatiefnemer van de Keurraad, en hij uitte zijn bezwaren tegen 'neutrale' lectuur in zijn boekje Wat laat ik m'n kinderen lezen? (Tilburg, R.K. Jongensweeshuis, 1925). Tussen 1925 en 1960 werd jaarlijks door de Drukkerij van het RKJW de Rafaëlcatalogus uitgegeven, waarin de goedgekeurde jeugdboeken te vinden waren. Boeken die geschikt werden geacht, kregen een Keurraadstempel. Dit stempel gaf een waarborg voor de inhoud: een positief goed rooms-katholiek jeugdboek. De goedgekeurde boeken werden door de Keurraad op scholen, via de scholen en onder de ouders gepropagandeerd.
Tegen St. Nicolaas werden kleine tentoonstellingen van goede jeugdboeken
op de scholen verzorgd door de Keurraad in samenwerking met de
boekhandels. Later is de naam gewijzigd in Katholieke Keurraad voor
Jeugdlectuur. In een van de publikaties, Helpt mee aan de
verspreiding van het Roomse Jeugdboek (deel 8) ging men fel in tegen de
neutrale jeugdlectuur:
Bron: Digitale Bibliotheek Nederland
Kieckens, Charles. 1893. Woordenlijst der meest gebezigde uitdrukkingen in de muziek. Tilburg: Bergmans. Kieckens, Charles. 1895. Dagboek mijner reize naar het H. Land van 28 Jan. tot 13 April 1895. Tilburg: W. Bergmans. Kieckens, Charles. 1903. Rome in woord en beeld. Tilburg: Bergmans. Kieckens, Charles. 1908. Lourdes in woord en beeld. Tilburg: Charles Kieckens. Kieckens, Charles. 1908. Z.H. Paus Pius X. Tilburg: Bergmans.
Klavier, Cas (25 mei 2015)
Joannes Cornelis Mommers werd op3 januari 1919 in Tilburg geboren als zoon van Joannes Josephus Mommers en Petronella Cornelia van Nunen. Hij ging school in Tilburg en Goirle en trad in 1936 in het noviciaat van de fraters van Tilburg onder de fratersnaam Casimiro Mommers. In 1941 legde hij de eeuwige geloften af. Vanaf 1944 was hij als (hoofd)onderwijzer werkzaam aan diverse scholen in 's Hertogenbosch, Vijmen, Utrecht en wederom Den Bosch. In 1968 trad hij uit de congregatie. Hij was een broer van frater Caesarius Mommers. Zijn overlijdensdatum is ons niet bekend. Casimiro Mommers was ook redacteur van De Engelbewaarder, en voor uitgeverij Zwijsen ontwikkelde hij onder het pseudoniem Cas Klavier twee methodes voor het basisonderwijs, de leesmethode Op eigen benen, en de rekenmethode Uitkomst. Daarnaast schreef hij voor de jeugd: Anemoontje: Een vertel- of leesboekje voor kinderen van 6-9 jaar (met S. Rutte, Tilburg, R.K. Jongensweeshuis, 1949) Een handvol confetti (?)
Met spel
en mimiek voor geacht publiek. Acteerbundel
(met frater Lucidius en Elbert Vuurvlam; 1955)
Herinneringen aan de kweekschool St. Stanislaus van de fraters van Tilburg door Cas Klavier. Uit het gedenkboek In de voortuin, Tilburg, R.K. Jongensweeshuis, 1950. Tekening: fr. Vincenzo de Kok.
[Prelweg is een verbastering van Parallelweg, de oude naam van de Spoorlaan. De kweekschool was gevestigd aan de Fraterstraat.]
Bijdrage onder de naam Cas Klavier in De Engelbewaarder voor de jongste lezertjes, 1948. Uit dezelfde jaargang de onderstaande bijdrage, gesigneerd Fr. Casimiro.
Uit dezelfde jaargang, dubbelpagina Piet de biet, gesigneerd Cas Klavier:
Cas Klavier doopt zijn pen in de herinnering.
Bron: DBNL (portret) en internet
Gerardus Petrus Maria Knuvelder werd op 25 januari 1902 te Arnhem
geboren. Hij studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de R.K.
Leergangen te Tilburg, onder Moller en Michels, die hem sterk beïnvloed
hebben in zijn latere loopbaan als literair-historicus. Hij zat bij de
Leergangen in het bestuur van de studentenvereniging St. Leonardus, en
was redacteur van het Lustrum-jaarboek van de studenten aan de R.K.
Leergangen 1922. Van 1921-1923 was hij leraar Nederlands te Bergen
op Zoom, en van 1923 tot zijn pensionering in 1967 te Eindhoven. Vanaf
1952 was hij directeur van het Sint-Joriscollege en vanaf 1966 rector
van het Sint-Jorislyceum te Eindhoven. In 1961 werd hij doctor honoris
causa in de letteren en wijsbegeerte aan de Rijksuniversiteit Utrecht.
Vanaf 1965 tot en met juli 1972 was dr. Gerard Knuvelder leraar
Nederlands MO-B aan de R.K. Leergangen te Tilburg en Sittard.
Polemiek met Anton van Duinkerken; bijlage van Roeping, jaargang 7, nummer 3, gedrukt bij Gianotten in Tilburg.
Kok publiceerde artikelen in onder andere De Gids,
Nederlandsche Spectator, Bato, tijdschrift voor jongelieden,
Dietsche Warande, Vaderlandsche Letteroefeningen en in
Onze Tijd. Hij schreef ook boeken, zoals Hamlet (ingeleid
door Van Vloten; 1860), Orlando en Rosalinde (Haarlem,
1860; is As you like it), Richard III (Amsterdam, 1861),
English poetry. Selections (Schoonhoven, 1863), Shakespeare,
Julius Caesar (Haarlem, 1872), Van dichters en schrijvers.
Studiën en schetsen van Nederlandsche letterkunde (Culemborg, 1879)
en Shakespeare en zijn werken (Amsterdam, 1880). Het meest bekend
werd hij met de eerste volledige vertaling in het Nederlands van
Dante, Divina Commedia (Haarlem, 1864, drie delen), de volledige
Shakespeare-uitgave Shakespeare's dramatische werken (1872-1880,
zeven delen) en Multatuliana (Baarn, Hollandia, 1903; samen met
Louis D. Petit).
Kok, A. S. - Zijn Levensbericht voor de Maatschappij der Nederlandsche
Letterkunde
Kobes, Gerrit (30 maart 2017)
Gerrit Kobes werd geboren in
Sinderen op 2 april 1947. Hij werkte aanvankelijk in de Jeugdzorg en
later bij de Sociale Dienst in Tilburg. In 1980 werd hij archivaris bij
het Gemeentearchief Tilburg (het huidige Regionaal Archief Tilburg).
Daar hield hij zich onder andere bezig met het documenteren van
Tilburgse oorlogsslachtoffers en verzetsmensen. Dat deed hij ook voor
zijn woonplaats Goirle. Dankzij zijn vele interviews met
oorlogsslachtoffers, verzetsmensen of familieleden of kennissen daarvan,
heeft hij honderden verhalen kunnen vastleggen. Zijn uitgebreide
documentatie over de Tweede Wereldoorlog in Tilburg en Goirle is terecht
gekomen in het Regionaal Archief Tilburg.
Kocken, Willem (19 november 2015)
Willem
(W.C.M.) Kocken (Tilburg, 1950) is sinds 1986 beheerder van Galerie
Bremmer in de Hasseltstraat 165 in Tilburg. Hij is op beperkte schaal
actief als schrijver en dichter. Teksten van zijn hand verschenen in de
jubileumuitgave van De Letterberg: ‘Een druppel regenboog’ (1993)
en bij Maçonnieke uitgeverij De Steensplinter te Gouda verschenen
dichtbundels in 1996, 1998, 2005, 2013 en 2015. Titels van zijn
gedichtenbundels: Willem’s relativiteitstheorie; Willem’s
verdraaide verzen; Willem’s gebundelde woorden ‘Op reis door de
tijd’; Willem’s weg naar wijsheid, c.q. schoonheid, mentaliteit,
religie, cynisme, hoop; Willem’s vijfde.
Toen Van Doesburg in september 1915 naar Utrecht werd overgeplaatst, ontstond er een levendige correspondentie tussen die twee. In oktober 1917 kwam het eerste nummer van het tijdschrift De Stijl uit, waarin ook een artikel van Kok werd opgenomen: 'De moderne schilderij in het interieur'. Onder de oprichters van De Stijl vinden we de schilders Van Doesburg, Huszár, Van der Leck en Mondriaan, de architecten Oud en Wils, en de dichter Antony Kok. Later zijn nog de architecten Van 't Hoff en Rietveld en de schilder Vantongerloo toegetreden. Het eerste nummer van de tweede jaargang in 1918, zou het historische nummer van De Stijl worden, omdat daarin de publikatie van het 'Manifest I van De Stijl 1918' plaatsvond, dat, evenals 'Manifest II van De Stijl 1920: de literatuur', ook door Kok zou worden ondertekend. Na enkele kunsttheoretische artikelen, publiceerde Kok in 1921 zijn eerste gedicht in De Stijl: Stilte + stem (vers in w). Zijn tweede gepubliceerde gedicht, en tevens zijn laatste bijdrage aan De Stijl (1923), is Nachtkroeg, dat hij op 13 september 1915 had geschreven. Daarnaast heeft hij nog drie gedichten in het weekblad De Eenheid en een in Holland Express gepubliceerd. Zijn bijna 10.000 ongepubliceerde aforismen, met name in de jaren vijftig en zestig gemaakt, zijn door hem gebundeld en afgestaan aan het Letterkundig Museum te 's-Gravenhage.
Antony Kok woonde vanaf 1918 bij zijn ouders in de Enschotsestraat 13b,
in januari 1931 ging hij bij de familie Van Beurden in de Lovensestraat
wonen, verhuisde in 1934 naar de Jan van Beverwijckstraat 29, en woonde
ten slotte vanaf 1940 tot 1952 in de Drossaard Bernagiestraat 9. In 1952
verhuisde hij op 70-jarige leeftijd naar Haarlem waar hij de
kunstschilder Kees Verwey leert kennen, die in 1954 een 40-tal
portretten van hem maakte en in het Stedelijk Museum te Amsterdam en
vervolgens in het Van Abbemuseum in Eindhoven (1955) tentoonstelde. Het
artikel dat de Tilburgse kunstcriticus dr. F. Vercammen daarover in Het
Nieuwsblad van het Zuiden schreef, was tot dan toe de enige in Tilburg
verschenen publikatie over Kok. Het zijn de Tilburgers Rolf Janssen en
Jef van Kempen geweest, die Antony Kok, de belangrijke dichter van De
Stijl, een eeuw na zijn geboorte, uit de vergetelheid hebben gehaald.
Tentoonstelling De Stijl in Tilburg (2007-2008). Foto: Ed Schilders.
Alied
Ottevanger, De Stijl in Tilburg. Over de vriendschap tussen Theo van
Doesburg en Antony Kok (Amsterdam, Stokerkade, 2007), 80 blz.;
Publicatie behorend bij de tentoonstelling De Stijl in Tilburg.
Verslag van een bijzondere vriendschap in museum De Pont te Tilburg,
van 8 september 2007 tot 6 januari 2008.
Tijdens de renovatie/verbouwing van het centraal station van Tilburg in 2015 werd een detail van het gebouw plotseling beter zichtbaar dan het tevoren was geweest: de structuur en de kleuren van het deel van het station waar Kok zijn werk zou hebben uitgeoefend, of dat ten minste aan hem wil herinneren.
Foto's: Ed Schilders
Meer foto's van de De Stijltentoonstelling Foto's van Antony Kok uit het archief van Jef van Kempen
Kempen, Jef van - Over De Stijl en het Centraal Station in Tilburg (Tilburg Tijdschrift) Jef van Kempen over Theo van Doesburg (Tilburg Tijdschrift).
In 1981 hebben Hans Renders, Wim Verhoeven en René van Peer (na twee nummers vervangen door H.J. Ramaekers) het tweemaandelijks in Tilburg verschijnende literair tijdschrift Komplement opgericht. Dit blad heeft slechts één jaargang (zes nummers) bestaan. Naast artikelen en gedichten van de leden van de redactie hebben onder anderen ook Arjan Onderdenwijngaard, Steven van Campen (nu hoofd cultuur NCRV), Patrick Bernauw en Steven Morris eraan meegewerkt. Onder de uitgeversnaam Komplement werden ook enkele boekjes uitgegeven, zoals: De oplossing (1984), een verhandeling in brieven en foto's over de 'Paradox van Zeno', door A. v.d. Hout en Y. ten Biezen (pseudoniem voor Hans Renders), Catalogus voor de tentoonstelling Een vriendelijk gezicht voor het elektronisch tijdperk. Michele De Lucchi (1985), en Van poppenhuis naar torenflat. De architectuur van Maarten Min (1986), beide verschenen in een grote oplage onder eindredactie van Hans Renders.
Kort, C. de / graficus (20 december 2015)
In de jaren vijftig maakte graficus C. de Kort in opdracht van het
college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg een serie
van tien etsen van Tilburgse stadsgezichten, waarvan enkele exemplaren
in meerkleurendruk verschenen. Een gedrukte tekst, afkomstig uit het
omslag van de etsen, vermeldt ‘eerste twintig oplagen voor gemeente
tilburg’.
De voorstellingen zijn:
panorama op Tilburg vanuit de Heikant
weverswoningen aan het Julianaplein
de Heikese kerk
markt op het Piusplein met Heuvelse kerk op de achtergrond
de Hasseltse kapel
de Ringbaan-Zuid
de Piushaven
de Hoevense kanaalbrug met het Huis der Duizend Likeuren en de kerk van Koningshoeven
de spoorbrug over het Wilhelminakanaal aan de Bosscheweg
en gezicht op Tilburg vanaf het viaduct van de Ringbaan-West.
Een serie etsen en enkele dubbelen bevinden zich in de prentencollectie
van het Regionaal Archief Tilburg.
Na afschaffing van het dagbladzegel werd het weekblad omgezet in een twee keer per week verschijnende Tilburgsche Courant. Algemeen Nieuws- en Advertentieblad, en vanaf 18 december 1911 zou de krant voortaan dagelijks als Tilburgsche Courant. Dagblad van het Zuiden verschijnen. In 1931 werd dit dagblad door de firma Luijten verkocht aan de firma Antoine Arts, die in 1879 de Nieuwe Tilburgsche Courant had opgericht. Inmiddels was in 1917 een derde krant in Tilburg verschenen: Het Nieuwsblad van het Zuiden. In 1964 hield de Nieuwe Tilburgse Courant op te bestaan, en de uitgeversrechten werden verkocht aan Het Nieuwsblad van het Zuiden.
Er zijn de afgelopen honderd jaar vele nieuws- en advertentiebladen in
Tilburg uitgekomen, die hier onmogelijk allemaal opgesomd kunnen worden.
Een uitvoerige studie over alle bekende Tilburgse kranten werd in 1980
door Pouwelse en Van Puijenbroek gepubliceerd. Vermeldenswaard zijn de
weekbladen Tilburgsche Post (van de Tilburgsche Handelsdrukkerij
Jean Smits & Zonen) en Roomsch Leven. Rooms Leven was hét
katholieke weekblad van Tilburg, dat door W. Bergmans werd gedrukt en
van 1916 tot 1970 heeft bestaan.
Sluiting van het redactiekantoor aan de Heuvel.
Eerste editie van De Tilburgse Koerier, 8 maart 1957
Kranten, Tilburgse - Perszuivering na de oorlog - door Anton van Oirschot
Hij schreef voor Tilburg een drietal belangrijke boeken: Levensschets van mgr. Joannes Zwijsen als stichter van de Congregatie der Zusters van Liefde [...] (Tilburg, Stoomdrukkerij R.K. Jongensweeshuis, 1909), samen met Chr. Boomaars C.SS.R. De Zusters van Liefde der Congregatie van O.L. Vrouw, Moeder van Barmhartigheid, gevestigd te Tilburg, van 1832-1922 ('s-Hertogenbosch, Zuid-Nederlandsche Drukkerij, 1924), en De eerbiedwaardige dienaar Gods Petrus Donders. Nieuwe levensbeschrijving (Tilburg, W. Bergmans, 1925). Van dit laatste boek verschenen in 1927 een Franse, in 1929 een Duitse, in 1930 een Engelse en Spaanse, in 1931 een Italiaanse en in 1947 een Portugese vertaling.
Verder kunnen genoemd worden de uit acht delen bestaande reeks
Maria's heerlijkheid in Nederland. Geschiedkundige schets van de
verering der H. Maagd in ons vaderland, van de eerste tijden tot op onze
dagen (Amsterdam, 1904), De h.h. martelaren van Gorcum
(Amsterdam, F.H.J. Bekker, 1917, 4e druk), Door Suriname, De
H. Gerardus Majella, Neerlands heiligen in vroeger eeuwen
(Amsterdam, F.H.J. Bekker, 1900-1904, 4 delen), Neerlands heiligen in
de middeleeuwen en Neerlands heiligen in later eeuwen.
Foto: Milieucafé
Veldbioloog Hendrik Willem ('Henk') Kuiper werd op 23 januari 1951 geboren te Tilburg. Hij kwam in de publiciteit door zich op 9 juni 1979 op een braakliggend terrein aan het Tilburgse Wilhelminakanaal, weg uit het land 'Consumptia' in het land 'Huttonia', zoals hij dat noemde, te vestigen. Een jaar later, in april 1980, vond hij een nieuw onderkomen op een oud stortterrein in het dal van de Ley aan de Abcovensedijk te Goirle. Het gebrek aan bouwvergunningen en met behulp van de sterke arm, heeft hij uiteindelijk zijn van 'consumptiedwang bevrijd' bestaan moeten opgeven. Over zijn levensfilosofie en zijn woonavonturen in Tilburg en Goirle, schreef Henk Kuiper het boek Huttonia, de droom die geen werkelijk mocht worden (Haarlem, De Toorts, 1984).
Onder
het pseudoniem Frits van de Heuvel schreef hij Gek van Linde. Hoe een
gezonde Tilburger schizofreen wordt door een boom (Tilburg,
Heuvelpers, z.j. [eigen beheer, 1996], 80 blz.) over de lindeboom op de
Heuvel. Henk Kuiper schreef over dezelfde boom Tilburg vijf eeuwen
rond de 'heilige' Linde (Zaltbommel, Europese Bibliotheek, 2000, 239
blz.).
In 2004
verscheen zijn boek Piushaven levende have. Stadsnatuur onder de loep,
in samenwerking met o.a. fotograaf Francine van Werde (uitgave Stichting
Thuishaven Tilburg), en in 2005 het boek Tilburg daar leeft meer dan
je denkt. Een natuurlijke visie op de stad, een uitgave van
Stichting Stadsbomen Tilburg en Uitgeverij Blad & Boek.
Henk Kuiper overleed op 1 april 2014 in Tilburg.
Kuiper, Henk - Over Moerenburg (Tilburg Tijdschrift)
Kalmthout, Kees van
Kerkhofs, Walter
Kessels, Marietje
Ketelaars, Jeroen
Knuvelder, dr. Gerard
Kok, Antony
Kranten, Tilburgse
|