CuBra
INHOUD HOPPEN- BROUWERS
HOME
NATUUR
AUTEURS
BRABANTS

Print Pagina
 
 

 

 

HONDERD HAIKU'S

(1-50)

 

Frans Hoppenbrouwers

 

Nieuwe norm

 

Graaien is de norm

en niemand heeft nog de pest

aan lange vingers.

 

Winters koud

 

Handen voor de mond.

Adem uit warme longen.

Twee seconden troost.

 

Kroegpraat

 

-Die eurocrisis

komt me langzaam de strot uit.

-Doe nog maar eens vol.

 

Stank

 

Als geld zou stinken,

dan was het hele bankwezen

een open riool.

 

Betweters

 

Die alles weten,

kennen vaak het antwoord niet

op levensvragen.

 

Kramsvogels

 

Rustend op de trek,

snoepend van jeneverbes.

Zat is er niet een.

 

Postbode

 

Komt juist de hoek om.

Een fietstas vol beloften

Geen boodschap aan mij.

 

Sprookje (1)

 

Zandpad door het bos.

Geen benul waar het heen voert.

Vader houthakker.

  

Sprookje (2)

 

Door het grote bos

op weg naar haar grootmoeder.

Als lopend buffet.

 

Sprookje (3)

 

In een oud kasteel

slaapt ze een eeuw uit en weet

van de prins geen kwaad.

 

Sprookje (4)

 

De zeven dwergen

loeren begerig naar haar:

wie mag als eerste?

 

Sprookje (5)

 

Hij erft de molen,

hij erft de ezel en jij

'kat in 't bakkie'.

 

Sprookje (6)

 

Hij is nou vet zat,

krijst de hongerige heks.

Kookt het water al?

 

Absoluut gehoor

 

Waakzaam op de hei,

een vliegden die stemmen hoort:

kreet uit het heelal.

 

Voorlopig

 

Wie in God gelooft,

hoeft nergens voor te vrezen.

Voorlopig toch niet.

 

Vinkenslag

 

Ze slaat met haar slag

telkens een gat in de dag.

Om af te vinken.

 

Madelief

 

Maaier iets te hoog.

Ternauwernood ontkomen,

dat dappere ding.

 

Koekoek

 

Vanuit de esdoorn

herhaalt hij alsmaar zijn naam.

Domme eigendunk.

 

Verjaardag

 

Alweer een jaar om.

Waarom zou ik dat vieren?

Vieren doodt de tijd.

 

Brem

 

Een helgele vlam

tussen gortdroge heide.

Als dat maar goed gaat.

 

Land art

 

Na gesnoeid te zijn

gaat deze buxus verder

als verknipte kip.

 

Leugen

 

Liegen om bestwil

wil wel eens uitkomst bieden

als de waarheid kwetst.

 

Muzikant

 

Ik maak nog muziek,

zei de oude trompettist

en hij liet een wind.

 

Manager

 

Een vák is het niet.

Eerder een hebbelijkheid:

zot op winstbejag.

 

Mooi trio

 

In de akkerrand:

margriet klaproos korenbloem.

Aardser geen genot.

 

Distels

 

Stekelig gewas,

een schande op de akker,

pluizig uitvergroot.

 

Nieuwe aardappels

 

Geen weeïge stank,

geen slap en pappig vertoon,

maar feest in de pan.

 

Bosmierenhoop

 

Pal aan de zuidrand

van het zinderende bos:

geleide chaos.

 

Kermis in 1950

 

Geur van pieterman,

friet, oliebol, suikerspin...

kwartje was al op.

 

Perzik

 

Zachtaardig het vlees.

Weldadig het rijke sap.

Hardvochtig de pit.

 

Fietstocht

 

Samen op de fiets.

Een dag om in te  lijsten.

O, zomers profijt.

 

Geen kunst aan

 

Dit zangeresje

dankt haar succes uitsluitend

aan haar hoerig lijf.

 

Hinde

 

Ze huist in het bos,

onttrekt zich aan oog en oor:

schim noch geritsel.

 

Buizerd

 

Door kraaien gepest,

kiest hij de juiste thermiek

en kijkt op hen neer.

 

Roekenkolonie

 

Geharnast bestaan.

Geharrewar en gekras.

Gepantserd volkje.

 

Verkiezingen

 

Die politicus

kletst uitsluitend uit zijn nek

en nekt zo zichzelf.

 

Smaakvol

 

Een slimme stadskraai,

met een taartje in de bek.

Een bietser met smaak.

 

Beemdbeek

 

Het slangachtig wier,

rekt zich uit in de stroming,

het wil mee naar de zee.

 

De Dommel

 

Al veertig eeuwen

rolt ze haast tijdloos verder,

dankzij haar wielen.

 

Mussen

 

Ruzie in de heg.

Hels schetterend gekwetter.

Herrie lost niks op.

 

Hongerig

 

Waakzaam in haar web

hoopt de spin op signalen.

Geen hond die aanbelt.

 

Tortelduifje

 

Ergerlijk gekoer,

oprispend ochtendhumeur:

rot toch op tortel.

 

Allerzielen

 

Er viel een dor blad

dwarrelend naar beneden

in een nog leeg graf.

 

Hamsteren

 

Garende gaaien,

kijken, keuren, opkroppen:

per eikel geijkt.

 

Vraag

 

Veel vogels zijn weg

naar het zonnige zuiden.

Wat doen wij hier nog?

  

Onverwacht

 

Een mooie herfstdag.

Een donderslag, een windstoot.

Dat doet de deur dicht.

 

Roos

 

Vol van eigen roem

pronkt ze in een ijle vaas.

Ze stinkt nochtans niet.

 

Transformatie

 

Een zomertaling

op een dichtgevroren ven.

Een wintertaling.

 

Vos

 

Nu hij haast crepeert,

de geur van boeren kippen.

Honger stilt de angst.

 

Tegenstrijdig

 

Kind in voederbak.

Tafels rijkelijk gedekt.

Armoe baart rijkdom.

 

Nieuwjaar

 

Wat een mens ook wenst

in het fonkelnieuwe jaar,

perfect wordt het nooit.