Nieuwe
Tilburgse Courant - dinsdag 18 november 1941
Zuidenwind
De zuidenwind streelt het najaarland met
de hand van een vriendelijke vrouw. Ge voelt dat aan de
mildheid, die er plotseling openknopt in uw hart als een
door den zomer vergeten bloem. Nog méér verbaasd dan gij
heeft de wekelijksche bedelaar aan uw deur die bloem
geplukt in een zilveren munt. Zóó werd het gedeelde
geluk tot een dubbele vreugd, spijts de rare filosofen,
die altijd blijven beweren, dat het deel minder is dan
het geheel.
Zien kunt ge den zuidenwind aan de
weerhanen. Op den dag, dat de winden uit het huwelijk
van de lucht met de zee geboren werden, hebben die hanen
de afspraak gemaakt steeds hun koppen in den wind te
steken. Dus niet den staart maar den kop! En wat
weerhanen overeenkomen dat gebeurt. Wat ge van de
menschen niet met zekerheid zeggen kunt! Om eerlijk te
zijn dient er bij vermeld, dat de weerhanen deze
wijsheid van hun gevederde familie uit de echte
vogelwereld hebben afgekeken. Of zaagt gij soms ooit een
vogel in het veld, die zijn donzen pakje tot een raagbol
blazen liet? Dat moet ge mij dan eens komen vertellen!
Zeker zit de zuidenwind nu ook te wiegen
in de boomen van het bosch. Dat bosch, waar ik nog
vorige week den herfst op heeterdaad betrapte zonder dat
ik er bedacht op was. Als stedeling doet ge soms van die
merkwaardige ontdekkingen. Ik heb m'n lippen afgelikt
van al die kostelijke verven en daarbij gedacht:
"Mirakel, wat veel schoons er toch vaak zoo maar voor
het scheppen ligt!" Wanneer ge al wat werd verzuimd nog
in zoudt willen halen, komt ge vandaag - ondanks den
zuidenwind - te laat. Nu is het feest ten end!
De vorst heeft er zijn tanden in gezet.
Hij schrok zelf van den geduchten knauw. Daarom heeft
hij met een beweging van zijn grijzend hoofd den goeden
zuidenwind gewenkt. De zuidenwind was graag bereid. Uit
zijn blauwe spelonk aan het azuren water kwam hij,
gelijk elfen in de sprookjes, op zijden vleugels
aangeruischt. De menschen voelden het en leefden blij
weer op. Ze zeiden: "Ziet, de wind is om!" De zuidenwind
stortte tranen om de koude, die hij vond. Dat doet haast
iedere zuidenwind, welke van warme streken naar onze
lage landen komt. Doch toen hij flink was uitgeschreid,
zette hij een veer van zon op zijn hoed. Die hebben gij
en ik gisteren zien wuiven als een goudbestikte vlag.
Helaas las ik er ook het afscheid op. Toen heb ik al wat
doodgebloeid en dorgevroren was verwijderd uit mijn tuin
en het winterhek op slot gedaan. Zoele zuidenwinden in
November mogen even lenteprikken geven, ze regeeren toch
alleen bij de gratie van den winter, die een bruut en
somber heerschap is. Daarom moet ge niet te uitbundig om
zulke winden juichen...
CANTECLEER