CuBra
Inhoud beroepen liedjes
Inhoud alle liedjes
Home
Inhoud dieren- liedjes
lnhoud feestliedjes
De scharensliep

Ben Hartman

Liedjes over beroepen - De boer (4)

Elke week een nieuwe aflevering op maandag (nog) geen muzieknotatie

Wie is de vader van het land

 

Deze aflevering van boerenliedjes beginnen we met een heel bekend lied. Het werd kennelijk veel gezongen op feesten want je komt het in veel liedjesschriften tegen.

We namen het lied o.a. op bij mevrouw Slijters- van Aarle uit Schijndel, mevrouw Walravens-hellings uit Beste en de heer van Empel uit Middelrode.

Ik heb alle coupletjes die ik tegenkwam gepubliceerd. Als u het lied wilt gaan gebruiken kunt u zelf een keuze maken! De melodie blijft hetzelfde.

Om u te helpen zal ik wat namen geven die je tegenkomt als deze melodie bedoeld wordt:

‘Al is ons prinsje nog zo klein’, ‘Wie in januari geboren is’, ‘Wie is de zuster van de thee’.

Het grappige is dat je een aantal liedjes uit het ‘Versenboek’ van W. Offermans op deze melodie kunt zingen.

Elders op deze Cubra-site staan ze gepubliceerd en het is heel simpel om ze te herkennen, ik ga het u niet voorzeggen!

 

Wie is de vader van het land.

 

 

1.

Wie is de vader van ’t land, de boer

Bestuurt het erf met vaste hand, de boer

Wie haalt des burgers laatste duit

En kleedt met vreugd de heren uit,

 

Refrein:

De boer, de boer, de boer

De boer, de boer, de boer!

 

2.

Wie komt er graag op elk feest, de boer

En hangt er dan nooit uit de beest, de boer

Wie eet er zes maal op een dag

En weet niet waar hij ’t laten mag,

 

Refrein.

 

3.

Wie laat de pastoor nooit in de steek, de boer

En slaapt er zondags in de preek, de boer

Wie lust er gère balkenbrij

En brood met spek en worst erbij,

 

Refrein.

 

4.

Wie is niet bang voor mest en stank, de boer

En roert erdoor al is ’t lang, de boer

Wie pompt het op met vaste hand

En spuit het lekker over ’t land,

 

Refrein.

 

5.

Wie voert zijn varkens roggemeel, de boer

En geeft om ’s lands belang niet veel, de boer

Wie perst met vreugd’ het koolzaad uit

En doet de olie in de tuit,

 

Refrein.

 

6.

Wie houdt er graag van zijn gemak, de boer

En heeft er schijt aan stadse kak, de boer

Wie laat er steeds een scheet in ‘t veld

Nog harder dan de brandweer belt,

 

Refrein.

 

7.

Wie moppert nooit al op het weer, de boer

En legt er zich direkt bij neer, de boer

Wie weegt er nooit een mulder na

En slaat de bakker in zijn la,

 

Refrein.

 

8.

Wie is er eerlijk wijd in ’t rond, de boer

Maar brengt veel eieren naar de Bond, de boer

Wie brengt de romme naar ’t fabriek

Al zijn de koeien van ’t klauwzee- ziek,

 

Refrein.

 

9.

Wie brengt karbonade naar de pastoor, de boer

En krijgt een kwaaie sigaar ervoor, de boer

Wie moppert er nooit op ’t weer

En legt er zich direct bij neer,

 

Refrein.

 

10.

Maar toch wie is de beste vent, de boer

Van kerk en staat het fundament, de boer

Wie is het die men niet missen kan

Daar leven alle mensen van,

 

Refrein.

 

11.

Wie houdt de kippen aan de leg, de boer

En geeft voor niks de zeug haast weg, de boer

Wie laat de crisis maar begaan

Al zijn de centen naar de maan,

 

Refrein.