Brabant Cultureel • Brabant Literair

Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur

62e Jaargang - 2013

 
HOME BC / BL Archief Brabant Cultureel Archief Brabant Literair Contact
 
HOME CUBRA
INHOUD AUTEURS

¶ eichamuseum.weebly.com

J. de Vries, Everzwijnbeeldjes. Archeologische vondsten verwijzen naar een Keltsiche traditie. Continuďteit van cultuur. Bergeijk: Stg Eicha 2012, 48 pp., ISBN 978-90-71567-00-1, pb., € 7,50 (te bestellen via info@eichamuseum.nl).

 

Lauran Toorians

Everzwijnen, maar aan de kleine kant

Het Eicha Museum in Bergeijk is een klein, maar rijk bedeeld archeologisch museum in de Kempen. Behalve exposeren en het organiseren van educatieve activiteiten worden er met enige regelmaat ook boeken uitgegeven.

Bergeijk in het zuidoosten van de provincie ligt in een regio die niet alleen rijk is aan archeologie, maar ook aan archeologen. Dat heeft een lange traditie, maar meer recent kan Johan Biemans gelden als grondlegger van het archeologisch onderzoek in de regio. Hij werd in 1933 te Bergeijk geboren, studeerde – grotendeels als seminarist – filosofie en sociale pedagogiek en was van 1958 tot aan zijn pensionering in 1993 directeur van de Stichting Gemeenschapswerk Bergeijk en als zodanig ook oprichter en (nog steeds) conservator van het Eicha Museum Bergeijk dat is ondergebracht in het Bezoekerscentrum Teutenhuis.

In dit museum zijn oudheidkundige vondsten van de Kempen te zien en worden hieraan gerelateerde educatieve projecten en workshops georganiseerd. Het museum is niet groot, maar bezit een aantal bijzondere voorwerpen met als hoogtepunt een groep glaswerk uit de vroege middeleeuwen.

Traditie

Het museum (strikt genomen de Stichting Eicha) treedt bij tijd en wijle ook op als uitgever. Meestel betreft het streekgebonden boeken, maar soms reikt de blik verder en dat is ook met het nieuwste boekwerkje het geval. Het betreft een overzicht van de bronzen miniatuurbeeldjes van everzwijnen en enkele andere objecten met afbeeldingen van dat dier die in Nederland en België zijn gevonden. Het gaat om objecten die dateren uit de ijzertijd en de Romeinse tijd en waarvan de functie onduidelijk is. Het begrip ritueel ligt archeologen dan voor in de mond, ook bij andere miniatuurtjes waarvan er verbazingwekkend veel worden gevonden.

Een relatie met de bekende Galliërs Asterix en Obelix ligt natuurlijk voor de hand en min of meer in die lijn beargumenteert de auteur J. de Vries dat de makers van deze bronzen zwijntjes Kelten zijn geweest. Helaas is de redenering die daarbij wordt gevolgd verre van waterdicht, onder andere omdat de oude Kelten bepaald geen monopolie hadden op everzwijnen in hun culturele tradities. Afgezien hiervan biedt dit boekje echter wel een fraai geďllustreerde en nuttige catalogus van deze miniaturen. Het zou leuk zijn geweest ze ook een keer allemaal bij elkaar te brengen in een tentoonstelling, maar dat is dus niet gebeurd.

Winst is dat in dit boek de auteur niet langer zijn titel ‘prof.dr.’ opvoert. De heer De Vries is emeritus hoogleraar toxicologie en dat heeft uiteraard niets van doen met archeologie en Kelten.