Brabant Cultureel • Brabant Literair

Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur

62e Jaargang - 2013

 
HOME BC / BL Archief Brabant Cultureel Archief Brabant Literair Contact
 
HOME CUBRA
INHOUD AUTEURS

¶ Jan Franken, Ad van den Oord en Wim de Bakker, Oisterwijk, een geschiedenis van meer dan 800 jaar. Oisterwijkse Historische Reeks, deel 5. Oisterwijk: Het kwartier van Oisterwijk, 2012, 400 pp. + DVD, ISBN 978-90-809127-5-5, hb., € 30,00 (standaard editie) en € 50,00 (luxe editie). www.kwartiervanoisterwijk.nl

 

Jace van de Ven

 

Via foto's terug in de tijd - Oisterwijk 800

 

Naast onder meer het organiseren van het congres Rural Alliances, het onthullen van een monument en een toren waarin zwaluwen kunnen nestelen, viert Oisterwijk zijn achthonderdjarig bestaan met de publicatie van het boek 'Oisterwijk, een geschiedenis van meer dan 800 jaar'.

 

De auteurs in het Oisterwijkse heemkundecentrum.

V.l.n.r. Wim de Bakker, Ad van den Oord, Jan Franken

Foto: Joep Eijkens

 

Evenals voor de 'zwaluwtoren', een geschenk van de Vogelwerkgroep Oisterwijk, hoefde de gemeente voor de uitgave van het boek niks te doen. Uitgever is de Stichting Het Kwartier van Oisterwijk die gelieerd is aan heemkundekring De Kleine Meijerij.

 

Lindeboom

De auteurs van hel boek Jan Franken en Ad van den Oord kregen de opdracht een beknopte  geschiedenis te schrijven en slaagden erin die 400 pagina's grootformaat dik te maken. Maai dat is niet erg. Het boek is ondanks alle informatie heel toegankelijk en bovendien rijk geïllustreerd. Dat komt mede omdat de schrijvers uitgingen van de Oisterwijkse 'lieux de memoire'. Dat zijn plekken in het dorp waar de geschiedenis zichtbaar wordt en waaraan de inwoners dagelijks voorbij lopen, zoals de lindeboom die aan oudtijdse rechtspraak herinnert of het standbeeld van Adriaen Poirters dat verwijst naar zeventiende-eeuwse literatuur en contrareformatie. Daarom ook begint ieder hoofdstuk met een foto uit onze tijd.

 

Huibers

Niet altijd zijn de 'lieux de mémoire' even zichtbaar als de lindeboom of Poirters. Zo wordt een relikwie van Sint Willibrord bewaard in de pastorie van de Pierre Cuijperskerk. “In een plastic tas van Alben Hein,”' volgens Wim de Bakker, bekend als de wandelende encyclopedie van Oisterwjk. Hoewel De Bakkers naam naast die van de auteurs op de omslag van het boek vermeld is, heeft hij zelf niet meegeschreven. Hij functioneerde tijdens het schrijfproces, dat maar ongeveer een half jaar in beslag nam, als aangever en corrector. Opmerkelijk genoeg is er nog nooit eerder een geschiedenis geschreven van het opmerkelijke 'dorp' Oisterwijk. Zeker, er is het boek Oud Oisterwijk van protestantenhater, kunstbevorderaar en kapelaan Anton Huibers, maar dat boek uit 1917 behandelt de geschiedenis aan de hand van Oisterwijkse pastoors en stopt in 1648 wanneer de protestanten het voor het zeggen kregen.

Dus aan dat boek hadden de schrijvers van nu niet veel. Verder bleek het archief nooit erg bewaarderig te zijn geweest en had de kerk ook zo goed als niets. Zodoende hebben Franken en Van den Oord met hulp van De Bakker het oude Oisterwijk zelf moeten reconstrueren. Daarbij nam Jan Franken de tijd tot 1794 voor zijn rekening, en Ad van den Oord de geschiedenis van daarna.

 

Nederzetting

Zoals de titel van het boek al zegt, is Oisterwijk ouder dan 800 jaar, maar 800 jaar geleden wordt het voor het eerst vernoemd als 'nieuwe stad' in het Hertogdom Brabant. Of het toen die status kreeg of al eerder is niet na te gaan, feit is dat er kennelijk een niet onbelangrijke nederzetting bestond bij een kruising van wegen. Een nederzetting die zich economisch ontwikkelde tot textielstad en rond 1500 liefst 500 weefgetouwen telde op 3000 inwoners. Maar ook een gemeenschap die veel te lijden had van oorlog en geweld. Eerst waren er de Gelderse oorlogen, de strooptochten van Maarten van Rossum, de Tachtigjarige Oorlog en daarna de invallen van de Fransen. Van vóór 1400 tot na 1700 was Oisterwijk onderhevig aan plundering, brandschatting en het betalen van losgelden aan vijandelijke veroveraars. Van de 500 weefgetouwen uit 1500 waren er in 1700 nog maar dertig overgebleven.

De neergang van de textiel had wonderwel ook te maken met het bestaan van een ambachtsgilde dat de prijzen hoog wist te houden. Daardoor haakten veel kopers af en daarvan profiteerde vanaf de achttiende eeuw vooral Tilburg dat als groot dorp een 'lagen-lonen-land' was zonder gildes.

 

Toerisme

Na de inval van de Fransen in 1794 en het ontstaan van de Bataafse Republiek in Nederland werd Noord-Brabant voor het eerst een volwaardig deel van de republiek Nederland. Gaandeweg werd de uitoefening van het katholieke geloof weer toegelaten en werd er na eeuwen weer in   het gebied   geïnvesteerd.  Ook Oisterwijk profiteerde daarvan. In de negentiende eeuw kwam er een belangrijke leerindustrie tot stand en ook was er sigarenfabriek De Huifkar die onder meer sigaren met een kroontje erop leverde aan de tsaar van Rusland. Begin twintigste eeuw wordt Oisterwijk voor het eerst de 'Parel van Brabant' genoemd en kwamen er chique Hollanders logeren in hotels als De Swaen en De Linde. Later ook socialisten uit voornamelijk Rotterdam langs de Scheibaan. De jaren vijftig en zestig worden de topjaren van het Oisterwijks toerisme, daarna hebben de meeste toeristen een auto en rijden het dorp voorbij. Dagjesmensen blijven wel komen. Wekelijks zitten de terrassen boordevol.

De leerindustrie verdween vanaf de jaren zestig, het katholicisme verloor zijn allesbepalendheid en dankzij de moderne jeugd emancipeerde heel de bevolking. De beschrijving van een dergelijke ontwikkeling op dorpsniveau is nog niet vaak gedaan. Dat maakt dit boek nog extra belangwekkend, ook voor niet-Oisterwijkers.