|
Brabant Cultureel • Brabant Literair Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur 62ste Jaargang - december 2013 |
||||||
|
|||||||
Pien Storm van Leeuwen uit Chaam is beeldend kunstenaar en dichter. Zij publiceert in literaire tijdschriften en levert bijdragen aan bloemlezingen. Gefascineerd door landschappen en hun historie introduceerde ze het begrip ‘poosplaatsen’, waarbij in steen gebeitelde strofen te velde de passant uitnodigen stil te staan bij plek en bij de poëzie. In 2010 werd zij onderscheiden met de Brabant Bokaal door het Prins Bernhard Cultuurfonds. Begin 2013 verschijnt haar bundel Ode aan de Mark. De bundel Akkers en zeevlam verschijnt in januari 2014.
©Brabant Cultureel / Brabant Literair – december 2013 |
Gedichten uit de bundel Akkers en zeevlam
door Pien Storm van Leeuwen
akkers en zeevlam
hoogten glooien naar zomend wit zand
brede gemeten in wisselend tij waar aarde en water ontmoeten en minnen
soms wil de zee meer brandt van verlangen in nevel zich lichter
gaat vluchtig als zeevlam aan land
zilt strijkt langs akkers en velden haar adem
steels tast naar akkers en velden haar hand
anemonen
schuchter vult mijn venster zich met lente
dicht aan de aarde over behoedzaam groen bloesemt bosrand anemonen
het jaar is jong nog dorst naar warmte langer dagen
haar bruidskleed huivert in de morgen
rijp rijmt tot vrozen vacht van ochtendvorst en nevelnacht
onland
naar beek en broekland voert een pad omlaag
voeten lopen zich in veen verloren vallen aan verwaterd onland stil
alom glanst kwel in roestig oer moerlemei van spreng en walen
schuil omringd door wilg en wilderd omzingen ons de nachtegalen
sneeuwduivels
vlijmend de wind
ijst kristalstof spiralend omhoog
wervelt sneeuwduivels over de velden
verdwaalt in zichzelf stuift woedend uiteen
kilte beklijft dit wit liggend land
vlijmend de wind
verwezen
weggeworpen wacht rusteloos een brief
wat verlegen was geschreven hebben regens uitgewist
bleek buitelt leeg papier langs vallend blad
wervelt zich aan wind verloren
winterwaarts verwezen zwerven ongelezen woorden
streng
voordat de lucht zich donker sluit
valt gemelijk vals licht langs gevels
vult vensters met een vreemd verlaten
lijkt kil zich te verstaan met al te rechte lijnen en al te strenge straten
verliest zich in de waan van strikte ordening
tongen van vuur
jaloers luiken luchten brengen zonlicht tot zwijgen
huilen grijs over grijzen waaien en vloed
eerst avond staat vensters en stiller stromen toe
verstaat hoe gloed de wolken duidt
zich kentert in kleur langs het breken van licht
flarden van ontij rafelen ritme in windveren vleugels
tekenen hemel tongen van vuur
gloed
een handvol dromen neem ik uit het vuur van de zonsondergang
een vogel telt het uur en brengt een ode
verwondering om wat het licht ons gaf voorbij liet gaan
zijn stem ijlt oeverloos in laatste tonen na
als tussen takken van de bomen de eerste sterren ik zie staan |
||||||