HOME CUBRA

INHOUD AUTEURS

Brabant Cultureel • Brabant Literair

Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur

62ste Jaargang - oktober 2013

 
HOME BC / BL Contact / Reageren Archief Brabant Cultureel Archief Brabant Literair
 
 

Tegel ‘Laten we het wel gezellig houden’. foto Julia van den Broek

 

‘Familie over de vloer’, t/m 2 november 2013 in Galerie Pennings, Geldropseweg 61B in Eindhoven. Open do en vr van 13 tot 18 uur, za van 13 tot 17 uur. Tijdens Dutch Design Week ook geopend op wo 23 oktober.

 

Van alle exposanten zijn boekjes en kaarten te koop in het winkeltje.

De vintage meubels in de expositie zijn te koop bij De Spot, Geldropseweg 149, Eindhoven.

www.galeriepennings.nl

www.defotoweek.nl

  

©Brabant Cultureel / Brabant Literair – oktober 2013

Familie over de vloer

 

In het kader van de nationale Fotoweek is in Galerie Pennings in Eindhoven de expositie ‘Familie over de vloer’ te zien. Het is een bijzondere en speelse tentoonstelling met speciaal voor deze gelegenheid gemaakte foto’s en installaties, maar ook met familiefoto’s van vroeger. De fotografen tonen allerlei associaties met het thema ‘familie’.

 

door Irma van Bommel

 

De Nationale Fotoweek is een initiatief van het Nederlands Fotomuseum en Foam en vond dit jaar plaats van 20 tot en met 29 september. Het thema was deze keer ‘Kijk! Mijn Familie.’ Landelijk waren er tal van activiteiten en exposities. Het is de bedoeling dat de Fotoweek uitgroeit naar een landelijke manifestatie zoals de Boekenweek. De expositie in fotogalerie Pennings in Eindhoven begon een week eerder en is nog te zien tot en met 2 november 2013.

 

Blik in de tentoonstelling Familie over de vloer. foto Julia van den Broek

 

Petra Cardinaal van Galerie Pennings koos voor ‘Familie over de vloer’ een jonge fotografe als curator, Julia van den Broek, met het verzoek dat zij ook een van de exposanten zou zijn. De werkwijze van Julia is experimenteel. Zij gebruikt fotografie als middel, niet als doel op zich. Daardoor is ze meer beeldend kunstenaar dan fotograaf. Dat geldt ook voor de overige exposanten die zij koos voor de expositie. Normaliter komen fotografen hun werk ingelijst brengen. Niet de fotografen van ‘Julia’s Fotomuseum’. Zij kwamen dagen van te voren naar de galerie om installaties te bouwen en een wandschikking te maken. Er werd druk geknutseld, maar toch was alles op tijd voor de opening af.

 

Huiselijk

Julia heeft een huiselijke sfeer gecreëerd met meubels ‘van vroeger’. Ze heeft vintage meubels uit de jaren vijftig, zestig en zeventig mogen uitzoeken bij De Spot, een zaak voor vintage design en meubels, eveneens in Eindhoven. Verder verwijzen borduurwerkjes en oude damesbladen naar de huiselijkheid – zeg maar kneuterigheid – van vroeger. Muziek, uiteraard LP’s gedraaid op een pick-up, geven een heel ander tijdsbeeld: dat van de hippe, progressieve tiener die vader (of moeder) ooit was. De muziek blijkt de tand des tijds prima te hebben doorstaan, terwijl de damesbladen gedateerd overkomen.

 

Julia’s Fotomuseum. Hollandse kneuterigheid, en het winkeltje. foto Julia van den Broek

 

Het begrip ‘familie’ brengt allerlei associaties met zich mee, zoals familieportretten, familiebanden, de plaats van het individu binnen het gezin. De exposanten zijn daarmee aan de slag gegaan. Dat resulteerde bij de één in humoristische projecten, bij de ander in persoonlijke, aangrijpende verhalen. Nu is het de kunst om dat op boeiende wijze vorm te geven. Dat is bij deze exposanten prima gelukt.

 

Irene Cécile, Sperziebonen, 2013.

 

Humor

Irene Cécile koos voor de humoristische kant. Zo maakte ze familiegroepsfoto’s van geiten, sperziebonen, lucifers en andere objecten. ‘Wat is allemaal familie?’ vroeg zij zich af. Is een foetus al familie? Ze toont een (foto van) een foetus in een opengesneden pompoen. Ook met het gegeven ‘verwantschap’ ging ze aan de slag. Een banaan met bruine spikkels heeft wel wat weg van een giraf. Dat moet wel familie zijn. Een open plek in een haag correspondeert met een lichtvlek op een grasveld. De verwantschap doet denken aan de foto’s die Paul Bogaers combineerde in zijn boek Upset Down (2010).

 

Irene Cécile, Familiefoto’s, 2013. foto Julia van den Broek

 

Julia van den Broek ging aan de slag met de vraag hoe je zo simpel mogelijk een familieportret kunt maken. Zij kwam met memoblaadjes voor de dag, in verschillende formaten en kleuren. Zie daar de diversiteit aan individuen. Twee stippen verbeelden de ogen. Haar andere project behelst serviezen. De serviezen die haar moeder spaart ziet zij als families. Daar heeft ze een aantal fraaie groepsportretten van gemaakt.

Ook het werk van Anne Geene heeft een komische inslag. Zij maakte naam met haar boek Perceel nr. 235. Encyclopedie van een volkstuin (2010), waarvoor ze semiwetenschappelijk onderzoek verrichtte naar planten en dieren. Voor ‘Famile over de vloer’ heeft ze quasiwetenschappelijk onderzoek gedaan. Geïnspireerd op het onderzoek van het kruisen van erwten door de bioloog Mendel is zij op zoek gegaan naar nieuwe plantenfamilies en hun erfelijkheid. Wat gebeurt er als je bomen met blaadjes met een gat of een stip met elkaar kruist? Voor haar project Stamboom is zij op zoek gegaan naar fotografische overeenkomsten. Zo ontdekte zij bijvoorbeeld een familie planten achter ramen en een familie planten die uit hoofden groeit.

 

Anne Geene, Stamboom (2013). foto Julia van den Broek

 

Persoonlijk

Lana Mesić, Don Sars en Sander Uitdehaag hebben hun eigen familie als uitgangspunt genomen. Lana Mesić toont het project Vis-à-Vis (2010), een handgemaakt boek met familiefoto’s. Een selectie van foto’s uit het boek heeft ze aan de muur gehangen. Getuige de tekst voorin het boek draait het vooral om de relatie tussen moeder en dochter.

Een van de projecten die Don Sars laat zien, komt eveneens voort uit een bestaand project: Dave en Donny (2009). Hierbij heeft hij gebruik gemaakt van de foto’s die zijn vader vroeger van hem en van zijn broer Dave in hun kindertijd heeft gemaakt. Te zien is dat de vader telkens de twee broertjes op identieke wijze met de camera heeft vastgelegd. Ze zien we Dave en Donny in een telefooncel, in een wachthuisje, in zee en bij moeder op schoot. Don Sars heeft de fotoparen nu eens niet bij elkaar geplaatst maar als een memory spel over de wand verdeeld. In het trappenhuis van de galerie heeft Sars een wereldkaart opgehangen die hij van zijn ouders kreeg toen hij achttien werd. Op de bijbehorende verjaardagskaart staat iets over de wijde wereld intrekken. Dat hij van de kaart alles met verf heeft bedekt behalve een klein stukje dat Nederland heet, maakt duidelijk dat zijn ouders dat toch niet zo letterlijk bedoelden.

Sander Uitdehaag heeft eveneens gebruik gemaakt van bestaande foto’s. Zo hing hij een oude familiefoto uit 1931 op. Via een koptelefoon is de stem van zijn oma te horen die over elk familielid iets weet te vertellen. Bij de familie van zijn vrouw vond hij een oud familiealbum. Het is een zogenaamd insteekalbum waar je in uitgespaarde vensters portretfoto’s in visitekaartformaat kan steken. Aan de kleding te zien dateren de vroegste foto’s van net na 1860. De laatste foto in het album is te dateren rond 1900. Uniek dat zo’n album nog in de familie is. Voorin het album zat een ongedateerde speech voor een 25-jarig huwelijksfeest waar de honden geen brood van lusten. Het is te hopen dat deze speech komisch bedoeld was. Van losse foto’s en ‘stamboomhout’ heeft Uitdehaag de Familiestoel samengesteld.

 

Vis-à-Vis (2010) van Lana Mesić (links) en Familiestoel (2013) van Sander Uitdehaag (rechts). foto Julia van den Broek

 

Het meest indrukwekkend is de installatie Leesaanwijzing, bestaande uit een aantal aan het plafond gehangen bladzijden. Het zijn bladzijden uit een boek dat zo is opgebouwd dat je telkens kunt kiezen naar welke passage je verder gaat. Je kunt dus zelf het verloop van het verhaal bepalen. Sander Uitdehaag kreeg het boek van zijn vader. Pas later ontdekte hij dat zijn vader aantekeningen in het boek had gemaakt. De bladzijden met de aantekeningen zijn geselecteerd voor de installatie. Het boek heeft alles te maken met keuzes die een mens in zijn leven maakt.

 

Gezellig

De opening van de expositie werd verricht door Paul Bogaers. Julia van den Broek had hem hiervoor benaderd omdat zijn manier van werken – het experimenteren, het gebruik van fotografie als medium en het associatief bij elkaar zoeken van vormen – aardig overeenstemt met de werkwijze van de exposanten. Een aantal exposanten beschouwt Paul Bogaers dan ook als grote voorbeeld.

Bogaers deed de introductie op de expositie geheel in stijl door fragmenten te kiezen uit de film Abel van Alex van Warmerdam (1986) en het boek De Avonden van Gerard Reve (1947). Er gebeurt hoegenaamd niets in genoemde werken – er zit geen vaart in – maar het gekibbel tussen ouders en pubers is voor velen zó herkenbaar. Dat nodigt uit om Abel opnieuw te gaan zien en De Avonden opnieuw te gaan lezen. In Abel zegt de moeder op een gegeven moment: ‘Laten we het wel gezellig houden.’ Speciaal voor de tentoonstelling is een tegeltje vervaardigd met deze o zo herkenbare tekst. Het is gedurende de expositie te koop in het winkeltje dat ook deel uitmaakt van de expositie.