|
De
feesten en partijen van vroeger
Hermenieke inzending door Cor Heuvelmans Hermenieke
Refrein
Hermenieke ik heur oe toch zo geren hermenieke brengt vrolijkheid. Retterketet, zo klinken dan de tonen, hoempapa de baspartij, Hermenieke uit de Gilze zonen, trekt vanavond hier voorbij.
1. Iedere man heeft als het kan, iets daar houdt hij extra van En bij men is de schone hermenie, ik voel me thuis, bij mol en kruis En bij het hermenie gespuis, ik kan wel daanse as ik s'avonds op de straat er ene zie. En gaon wij ons partij dan weer blazen, dan klopt hij mee z’n stokske en dan zegt hij: 'Opgelet! Gij de eerste, gij de tweede, gij de derde melodie', en dan wordt ons lieke eindelijk ingezet.
2. Zit ik thuis in het zomerhuis, nou dan blaas ik zo kwamsuis. En dan voel ik me zo in m’n element, ik probeer en studeer Ja misschien wel honderd keer, al de nummers van de hermenie op m'n instrument. Onze hond ligt terstond dan te janken op de grond. Maar de buurt is daor vort heel goed aan gewend Want spontaan zetten ze aan, as men blazen is gedaan, het refreintje dat nu iedereen vort kent.
3. Eens per jaar, ja des waar, staan we s'morgens vroeg al klaar Op den eerste zondag van de maand mei, de pistor, de trombon, maar vooral de grote trom, maakt een extra herrie en het is dan heel veel heel veel lawaai. Hier en daar, ja des waar, roepen ze oe al achterna, mee de slaopmuts op van boven uit het raam. Maar zijn wij weer voorbij , gaan ze deur met slaperij en ze roepen in derre dromen, kik daor komen ze aan.
4. Is het fist ja zo ist, dan geniet te toch ’t mist, as de hermenie komt speulen veur oe huis. Groot en klein, vindt de fijn, want muziek mot er toch zijn, en ze hossen en ze springen over kaaien en plavuis. Een auto toet. Jantje moet, moeder zegt des men wel goed, ge moet mar wachten tot het blazen is gedaan. Jantje kwekt, Jantje lekt en as de hermenie vertrekt, lopt hij er mee z'n natte broekske achteraan.
|