De
feesten en partijen van vroeger
Stuur uw bijdrage aan:
eindredactie@brabantsdagblad.nl
Het
schuifke
Ed
Schilders
‘Ik
ben op zoek’, schreef Anna Casteleyn ons, ‘naar een gedichtje dat mijn
vader vroeger voordroeg.’ Ze herinnert zich dat het over ‘een knaapje’
gaat en ‘een schuifje’ dat geopend wordt, en dat in dat laatje een ‘uurwerk’
ligt. We plaatsten deze vraag in onze vragenrubriek en kregen ondanks de
beperkte informatie al vrij snel drie antwoorden. Hannie van Hoof kende
het nog van de middelbare school, en Cor Heuvelmans-Segers van
declamatiewedstrijden bij de RKJB, ofwel Rooms-katholieke Jeugdige
Boerinnen. De titel luidt ‘Het geschenk’, en het werd geschreven door
de in 1875 gestorven Vlaamse dichteres Rosalie Loveling. Het werd een
klassieker onder de voordrachten, een rasechte gesproken smartlap. Want
wat blijkt? Het ‘schuifken’ wordt geopend door opa, en zijn kleinzoon,
het ‘knaapje’, ziet daarin dat uurwerk liggen, en dat zou hij graag
willen hebben. Opa aarzelt, want dit zakhorloge met ketting is ooit het
bezit geweest van zijn overleden zoon, de vader van het knaapje. Toch
geeft hij het uurwerk aan zijn kleinzoon. Dan maakt de dichteres een
sprongetje in de tijd, en ze brengt ons naar een kerkhof. Daar wordt het
knaapje begraven: De scholieren stonden er rond/ En een grijsaard boog met
moeite/ Nog eene knie ten grond. Het gedicht besluit met het moment waarop
de grootvader het uurwerk ten tweeden male in het ‘oude schuifken’
legt. Een smartlap, zeker, maar Jos de Vet meldde ons dat deze tekst ook
opgenomen is in de grote bloemlezing uit de Nederlandstalige poëzie van
Gerrit Komrij.
Dit
alles herinnerde me aan een brief die ik al veel langer geleden ontving
van mevrouw Lentjes-van Engelen, met een vergelijkbare tekst. Alleen,
daarin zijn de geslachten verwisseld! Geen opa maar een oma, geen knaapje
maar een Marietje: Zij snuffelt in kasten en laatjes/ dat vindt ze zo
prettig en fijn/ op zekere dag vindt ze een parelsnoer/ och grootmoeder,
geef dat aan mij. Marietje krijgt het parelsnoer. ‘Het was eens van je
moe’, zegt oma. En precies zoals het knaapje, overlijdt ook Marietje
kort daarna: Marietje jij ging nu van ons heen/ jij was nog zo klein/ zo
jeugdig en rein/ Het parelsnoer dat keerde weer/ maar ons klein Marietje
niet meer.
De
tekst over Marietje wekt de indruk dat het geen voordracht is, maar een
moderner lied. Misschien zijn er lezers die ons daar meer over kunnen
vertellen? Uw bijdragen, vragen en antwoorden, kunt u insturen per post of
via eindredactie@brabantsdagblad.nl
|