Ik
vroeg de meester of ik iets mocht maken over de koei. Hij vond dat
goed maar ik moes niet zeggen koei maar koe.
Ik
zat even te spelen met mijn vloeipapier en vroeg hij wat ik aan
het doen was. Ik zei heel netjes: "Ik knoe met met mijn vloe
meester." Ik moest maar vlug doorwerken volgens de meester.
Ik zei: "Dat doei ik al." En kreeg een lel om mijn oren
maar zei toch maar nie: Oei, oei!"
Ik
weet niet veel van beesten daarom heb ik het aan ome Driek
gevraagd die weet beestachtig veel over dieren.
Tante
Jans zegt dat hij zo dom is als een os, maar ik vind hem wel een
goei kalf al is hij een koei van 'ne vent. Nou begin ik dan met:
De
koe
De
koe is 'n inheems dier, ze hoort bij ons land zoals de windmolen,
de Volendammerbroek en de Hollandse kaaskop. Onder de oorlog was
de koe erg uithuizig, reisde naar Duitsland en werd hier een
voorhistorisch dier. Ze ging gaande weg en stierf uit zoals 'n
juttepeer.
De
koe is een viervoetig dier omdat ze kan loeien en ze twee horens
op haar kop heeft. De koe is geen redelijk schepsel zoals sommige
mensen, want dan moest ze verstand hebben en dat heeft ze niet. Ze
heeft alleen maar een dikke kop, eeltknieën en vergeet-me-nietjes
ogen. De koe bestaat zoals de mens uit twee delen, de huid en de
ziel. De huid zit aan de buitenkant en daar moet het gras in. De
ziel kan je niet zien, die zit in de huid en heet rundvlees. De
ziel van de koe is geen zuivere geest, dat kun je omderweg wel
zien. Ze doet dikwijls een "akte van hoop", die steeds
goed "uitvalt". Een andere naam voor rundvlees is
biefstuk, als het taai is en duur kost.
Een
koeienbaby heet kalf. De kalveren worden niet op de fabriek
gemaakt Ze komen ook niet uit China. Ze komen van de grote
ijsbergen op zee die in 't voorjaar 'n hele tijd afkalveren. Daar
kunt ge met St.Juttemis de kalveren op het ijs zien dansen.
Kalveren
raken heel dikwijls aan de drank, maar er zijn er ook die hun
poten van de drank kunnen afhouden die heten dan nuchtere
kalveren. Als een kalf haar stiel kent en koe gaat worden, schaft
ze zich een stel horens aan en vertoont ze een steeds meer 'n in
het oog lopende aanhankelijkheid dat men de uier noemt. De uier is
ook een viervoetig diertje. Ze heeft vier pootjes en daar loopt de
melk mee. Als de melk is weggelopen en de uier leeg noemt men dát
weer melkweg.
Ik
zei al dat de koe zit vastgemaakt aan de uier. De koe zit aan de
bovenkant zodat het niet in de uier kan regenen, anders zou de
melk nat worden. Als de melk toch nat wordt noemt men dat
ondermelk (fiets). De uier staat niet op de rug van de koe, omdat
de melkstoeltjes te laag zijn.
Onze
meester is een geleerde Piet. Hij noemt de uier altijd de
lactiferale protuerántie aan de peripherie van het vacale
abdómen. En als de meester dat zegt kijkt hij net of hij het ook
nog begrijpt.
De
melk van de koei wordt verkwanseld en gekwanseld en dat heet dan
boter. Boter die helemaal in het geniept wordt gemaakt en waar de
koe helemaal buiten wordt gelaten, heet margarine.
In
vroeger tijden kwam de boter niet van de koe maar van de hond, die
heette dan karnhond. Die werd in een molen gezet en probeerde dan
altijd maar zó hard te lopen dat hij z'n eigen kon inhalen. en
dát werd dan boter.
Kaas
is taai-taai waar ze 20+ op geschilderd hebben. Toen de moffen
hier waren jaagden ze voortdurend op jonge kaas. Ze hadden een
gruwelijke hekel aan echte belegen Hollandse kaaskoppen. Er zijn
ook veel koeien die dat gekwansel van zo'n melktank onder aan hun
buik niet kunnen uitstaan. Ze hebben er van af gezien en heten dan
stier. Die beesten voelen meer voor sport, zoals de
stierenvechterij. Dan kunnen ze echt goed kwaad worden als ze
denken dat men hen voor het lapje houdt omdat men hen een lapje
vóór houdt. Een stier die heelstom is heet os.
Onze
meester weet het natuurlijk weer beter en zegt: "Een os is
een doorgefuneerde antifeminist." En toen ik hem vroeg om dat
een beetje duidelijker te zeggen zei hij:
"Een
os is een celibatair malgré, soit, en toen wist ik nog niks.
Koeien
schijnen erg log en lui te zijn maar schijn bedriegt. Je weet
nooit hoe een koe een haas vangt en dat heet dan runderhaas. Ouwe
koeien gaan altijd in de sloot liggen, waarom weet ik niet, maar
ge moet ze altijd laten liggen en zeker geen ouwe koeien uit de
sloot halen, anders worden de mensen kwaad. De koe is ook een
herrkauwend dier, dat wil zeggen, dat ze pas begint te eten als ze
er mee uitscheidt. Ik zou ook wel een herkauwend dier willen zijn
voor pudding en taartjes, maar niet voor levertraan. De maag van
de koe is heel gek. Daar zijn veel kamers in. Het is een
flatgebouw met een lift van boven en via een brandtrap van
achteren de straat op. Heel rijke mensen houden ook wel eens een
koe en die heet dan gouden kalf, dat is het jong van een
melkkoetje. De Joden hadden vroeger voor de aardigheid ook eens
een gouden kalf gemaakt, want voor een koe hadden ze geen gras
genoeg in de Sahara. Mozes was in de wolken toen hij dat hoorde,
dat wil zeggen, hij was toen op de hoge berg in Suna waar hij
tafels moest gaan kopen. Waarvoor weet ik niet. En toen hij naar
omlaag kwam en dat kalf zag werd hij woest en smeet zijn twee
tafels op het beest zijn kop. Maar daar kreeg hij straf voor.
O.L.H. stopte hem van kwajigheid met allebei zijn blote voeten in
een brandende braamstruik en zei:
"Waarom
moes jij die twee tafels naar de bliksem helpen? Één was al
welletjes geweest. Nou kan ik weer nieuwe tafels gaan maken, en er
is toch al zo weinig hout in deze negorij. Daar zulde weinig
plezier aan beleven," zei O.L.H., en gaf Mozes twee horens op
zijne kop net als bij een koe. Zo gauw als ze de Smousen van Mozes
zagen aankomen riepen ze: "Daar heb je dat kalf Mozes
weer!" Daarom gooide Mozes ten lange laatste voort altijd
zijne zakdoek over zijne kop.
Dit
is allemaal zowat het voornaamste van de koe. maar er zit nog veel
meer dierkunde in dat beest. Ik zal nou maar niks meer vertellen
van die dierkunde of zoölogie, want anders gaat ge nog zeggen:
Hij geloofde'n het zelf, zo-loog ie.
|