Het
Baokels ei
In
de tijd dat er nog geen broodbonnen bestonden,
hebben
de boeren van Bakel een groene bol gevonden,
bedeesd
en verschrikt voor het groene gevaar,
stapte
men ermee naar de burgervaar
De
wijze uit het dorp kwamen allegaar gekeken,
om
hun gedachten er over uit te spreken.
De
schoolmeester zei, 't is gewis een ei van een hagedis,
dat
zie ik omdat er een groene schaal om is,
toen
sprak de secretaris,
het
is vast een ei van een drommedaris,
toen
zei de koorknaap van de linkerkant,
ik
peins het is een ei van een olifant
en
de rechter begon te roepen,
ik
docht nie da een olifant kos poepen.
De
burgervaar, Bartje Buis,
zee
breng hem maar naar het gemeente huis
en
daar heeft de raad het besluit genomen,
om
't ei te laten broeden en zien wat er uit zou komen.
Maar
geen kip of vogel,
paste
op die grote kogel.
Toen
sprak het raadslid, Drieske Vermeren,
laat
de vrouwen uit 't durp 't eens proberen.
Toen
kwamen de vrouwen van verschillend fatsoen
om
allegaar te broeden op die 'e pompoen.
Ze
kwamen van verre van alle rang en klas
hun
kont te laten keuren of ze goed voor het broeien was,
eerst
kwam de de vrouw van Jan Verstee
die
had een kont verguld op snee,
toen
kwam de meid van de kappelaan
die
had een kont met franjes eraan,
toen
kwam de vrouw van Janus Vermeulen
die
had een kont daar kossen wel tien jong op speulen,
daar
kwam de de vrouw van de koster uit de kerk
die
had een kont met een rijkskeurmerk,
toen
kwam de vrouw van Driekske van Galen
die
der kont sprak vreemde talen,
toen
kwam de vrouw van boer van der Vorst
die
had met haar kontje nog nimmer gemorst,
toen
kwam de vrouw van Janus Verheijen
daar
konde wel schetsen op rijde,
toen
kwam de vrouw van Jantje van Beers
die
had een kont van pimpelpeers,
toen
de vrouw van Jantje Pat
die
der kont leek wel een kazemat,
toen
kwam het wijfke van ouwe Jan
die
had een gerimpeld kontje met een strikske eraan,
toen
kwam de juffrouw uit de stad
die
had met haar kont een eerste prijs gehad,
toen
kwam er nog een helleveeg
die
blies met der kont de hele kamer leeg,
toen
kwam de vrouw van de luitenant
die
had een kont met een gouden rand,
toen
kwam de vrouw van Janus Verkluiten
die
had een kont, daar konde wel een stille nacht op fluiten,
tante
Marie uit het stadje werd er ook bij gesjort
die
had een kont als een vliegend fort,
een
jongen die er ook van had gehoord,
zee
tegen zijn meid, hebben ze jouw kont al gekeurd ?
die
heeft toen haar kont laten keuren
maar
dat was niks dat stond achterste veuren.
Een
grote geleerde die het nieuws had vernomen
is
terstond naar Bakel gekomen.
Hij
keek onder het gat van vrouw Versnoeien,
die
net lekker zat te broeien.
De
vrouw is efkes opgestaan
en
heeft der broek vlug dicht gedaan.
De
burgervader vroeg toen heel bedeesd,
mijnheer
de geleerde, wat voor ei is het geweest ?
De
geleerde sprak toen heel beslist,
al
dat gebroei is voor niks geweest !
Want
wat jullie aanzagen voor een ei,
dat
is een voorhistorische kiezelkei.
|