CuBra

Eddie Besselsen
3 gedichten

De drie bundels van Eddie Besselsen waaruit bovenstaande gedichten afkomstig zijn, vormen samen een trilogie. Ze kunnen besteld worden via de boekhandel of rechtstreeks bij de uitgever: Hoenderbossche verzen, Patrijsweg 3, 5406 NG Uden.

 

Omslag ‘Morgen is er weer pindakaas’: Arnold van der Pas

Omslag ‘Het tafeltje van Emily’: Hans van den Krommenacker

Omslag ‘Donkerstraat’: José Heerkens

 

Eddie Besselsen in het CuBra-archief van BC/BL

Uit: Donkerstraat

 

WANDELING

 

Soms is alles goed en niets bedacht

Slabroek lag er nog en ook de wegen

die samenbrengen wat anderen naar elders bracht

de hond voorop gelijnd aan m’n zusters gezag

het gesprek stokte niet er werd voornamelijk gezwegen

over wat wij voorheen afgesproken niet over de lippen kregen

we passeerden een tuin vol springbalsemien

waarachter een boer was te zien en de stilte

die niet waarneembaar bezit nam van alles wat wij dachten

in het wortelveld kwamen we zelfs onszelf niet tegen

behalve de hond die konijnen rook en god weet wat voor leven

 

heel even ontstond er een oud verbond

met oude wortels in een andere niet te belopen grond

 


 

Uit: Het tafeltje van Emily

 

KOEKOEK

 

Hoe lang lig ik nu al in het Gras.

Vanmorgen bloeide het, terwijl ik sliep.

Herschiep het Weiland in een golvende plas

waarin wat koeien dreven.

Ik loop in korte broek

De natuurgids ontleedt niet

de veelheid van zijn weelde

hoewel ik ijverig bladerde en las.

De wereld was in orde en beschreven.

Leeuweriken vallen richting zon.

Een Gele Kwikstaart klom andersom

Boven de Meidoornstruiken.

Het kan niet beter.

Alles blijft, zoals in een prent

Van Koekoek, steken in ontluiken.

Of zoals op een 19e eeuws schilderij.

Wat twijfel in het licht misschien

En dreiging aan de horizon.

Voor de rest geheel volmaakt.

Het kon althans niet meer stuk.

 


 

Uit: Morgen is er weer pindakaas

 

OPA

 

Omwille van zijn gezondheid

heeft hij ze weg gedaan.

Twaalf hennen en een haan, die op

het laatst biljartte met het kalend

achterwerk van zijn minnaressen.

De opkoper zet zijn fiets met een

droge tik op slot.

In zijn rechterhand de rieten mand.

De geur van het laatste oordeel

hangt in de kamer.

Pracht Barnevelders, mompelt ie

met verstand, maar ja de staat waarin…

Mijn opa tot rechter verheven

bepaalt de prijs van het pluimvee

en zijn eigen geweten.

Ik zie hem nog staan, een humeurig man

die voor de lege ren

in zijn achtertuintje het restant van zijn

leven in het nachthok drijft.