Via Ossendrecht terug …
Antoon heb ik pas
leren kennen toen hij al werkzaam was als
studentenpastor en later als pastoor in Duitsland. Zijn
broer Louis heb ik langer gekend en natuurlijk nog
langer en veel beter, zijn zus Lieske, de moeder van
Ria.
Als Antoon weer op
bezoek was sprak hij uitgebreid over zijn werk, waar hij
mee bezig was en wat hem bezighield. Evenzo was hij zeer
geïnteresseerd in wat iedereen deed en hoe het met ze
ging. Een echte "seelsorger" dus.
Het liefst sprak
Antoon tot diep in de avond over allerlei zaken, hij gaf
zijn mening vaak als een stelling, onder het genot van
een goede sigaar en een goed glas (Duitse) wijn.
Het was een man die
leefde in het nu en maakte zich geen zorgen om later.
Toen hij mij in de loop van 1978 over zijn aanstaande
emeritaat sprak en vroeg wat dat financieel voor hem zou
betekenen werd mij dat duidelijk.
Nimmer heb ik hem
over de tweede wereldoorlog horen spreken.
Nu zijn verhaal als
oorlogsheld actueel is geworden fascineert het me meer
dan ooit hoe de wegen van ieder in hun gezin zijn
gelopen, in het bijzonder de weg van Antoon.
Ik probeer er enige
ordening in aan te brengen.
Anno 1915, een
boerenlandschap vlak bij de Belgische grens
Kanongebulder in het
zuiden
Soldaten die zijn
ingekwartierd
Een hardwerkend
gezin, zorgzaam voor hun kroost
Drie zoons en een
dochter is hun geluk
De dochter is
uitverkoren voor het moederschap
Drie zoons die zijn
uitverkoren om God te dienen
Zij vertrekken al op
jonge leeftijd uit huis om zich te verdiepen in kennis
en geloof
Zij allen bereiden
zich voor om zich later in te zetten voor die zaken die
belangrijk zijn voor een menselijk leven, net zoals zij
van hun ouders leerden: oprechtheid, dienstbaarheid en
zorgzaamheid. Wie goed zaait zal goed oogsten.
In datzelfde jaar
was het arbeidersgezin uit zorg vanwege de oorlog weer
van Duitsland naar Nederland teruggekeerd.
Antoon zijn hele
onbezorgde jeugd wordt gevuld met studies in Nederland
en België als voorbereiding op zijn verdere leven.
Jaren later wordt
Antoon in 1944 als priester door de Gestapo in Rome
gearresteerd en gemarteld, verdacht als lid van een
ontsnappingsroute voor geallieerde krijgsgevangen.
Desondanks gaat hij
in 1957, na zijn periode in Zwitserland, in Duitsland
als geestelijke werken en zich tot zijn dood inzetten
voor het geestelijk welzijn van zijn parochianen en
medemensen. Vergeving en doorleven lijken heel dicht bij
elkaar te liggen.
Nu ik inmiddels
zoveel van zijn levensverhaal ken kan ik alleen maar
vaststellen dat ware helden niet opvallen maar "gewone"
mensen zijn. Zo zal ik hem blijven herinneren.
|