BUTIJN,
HET BOZE OOG. 1992. Uitgeverij In de Knipscheer, Amsterdam.
Naar
mijn mening heeft de schrijver door zijn uiterst zorgvuldige - ik zou
haast zeggen puur ambachtelijke - manier van werken een roman van
formaat afgeleverd. Als lezer raak je langzamerhand verstrikt in het
fascinerende web van het boek. Wat aanvankelijk een dubbelroman lijkt,
blijkt een geraffineerd gecomponeerde roman die op het eind tot een
thriller wordt met een dramatische afrekening. Zo zorgt Albert Hagenaars
ervoor dat zijn boek je nog lang na lezing achtervolgt. `Butijn, het
boze oog' is een boek waar iedere schrijver trots op zou mogen zijn.
Michel
de Koning, Brabants Nieuwsblad, 1992.
Zowel
de confrontatie met het verleden als met de vrouw leveren in dit verhaal
hele mooie momenten op. Hagenaars werkt heel mooi naar de apotheose toe.
Noordhollands
Dagblad, 1992.
De
tweede roman van Albert Hagenaars bevestigt zijn talent, dat zich al in
zijn debuut uit 1988 had gemanifesteerd. `Butijn, het boze oog' is
boeiend omdat het de konfrontatie tussen verleden en heden in Indonesië
vanuit een dubbele invalshoek belicht.
Herman
Leys, Standaard der Letteren, 1992.
Albert
Hagenaars heeft heel wat gereisd, gelezen, gepraat, geluisterd voordat
hij zijn nieuwe roman schreef.
Provinciale
Zeeuwse Courant, 1992.
Er
is heel wat belangwekkende karakteristieke informatie, inleving in de
roman, je leest hem verder zelfs als je geërgerd of verveeld raakt.
Respect voor Albert Hagenaars krijg je wel.
Alfred
Kossmann, Utrechts Nieuwsblad, 1992.
Auteur
Albert Hagenaars wil het de lezers niet makkelijk maken. Hij dwingt je
aktief betrokken te raken. Terwijl je de letters in je opzuigt, blijft
er een hoop ter eigen invulling. Binnen de kortste keren zit je
verstrikt in een web, waaruit je niet makkelijk loskomt, een gevoel dat
je na lezing nog lang bijblijft. Het uiteindelijke resultaat: een
opvallend boek, een knap staaltje van "diepnadenkerij". Lees
en onderga het!
Linda
Horst, De Indisch Nederlandse Organisatie, 1993.
Dat
Hagenaars over een vaardige pen beschikt werd reeds bewezen met zijn
debuutroman. Ditmaal maakt hij het nog een stuk vaardiger. Hij bundelt,
in zijn integratieve schrijven, een visie over objectiviteit en
subjectiviteit. Een lofbetuiging aan elkeen die ook maar iets met
oorlogsjournalistiek of -fotografie te maken heeft gehad.
Lectuurgids,
1992.