‘Eigenlijk,
heb ik daar helemaal geen kaas van gegeten’, zegt mijn
nieuwbakken collega.
Ze is nu
twee-en-eenhalve maand in dienst, en er is al heel wat werktijd
‘ter ondersteuning’ oeverloos weggeluld.
Drie jaar
is het team bezig geweest om meer helpende handen erbij te
krijgen.
Er zijn
wat machtswisselingen aan de top geweest, waar wij erg positief
over zijn. Het is toch ook wel eens lekker om op een stevige
factor binnen een grote organisatie terug te kunnen vallen, zonder
dat er meteen beweerd wordt dat de verantwoordelijkheid niet bij
de aangesproken figuur ligt.
Zowat al
onze wensen zijn ingewilligd en over de uitbreiding van
formatieplaatsen zijn beslist geen klachten. De interne
sollicitatieprocedure droeg de kanttekening: dat bij geen directe
geschiktheid van interne kandidaten, een externe werving mogelijk
zou zijn. ‘Wat zéur je dan?’ zegt u?
Ik moet
even doorzeuren over iets vervelends dat op de werkvloer om de
hoek komt kijken: ik heb blijkbaar door een vreemde ingewikkelde
interne procedure de Charles Swietert van de Zaak getroffen. Kent
u hem nog, de staatssecretaris die beweerde een doctorale graad te
hebben in de weet-ik-veel-kunde? Dát heb ik te zeuren.
In
gedachten noem ik onze Charles Swietert van de Zaak, Miep.
Ik had in
het verre verleden namelijk een ontzettend leuke collega
met dezelfde naam.
Miep kwam
via een uitzendbureau, kwam gewoon, zag veel en werkte altijd de
sterren van de hemel.
Zonder
gezeur, wars van ‘moeilijk doen’, gewoon aanpakken was
haar devies.
In dat
opzicht verdient de huidige Miep haar naam helemaal niet, en dat
is jammer, heel jammer.
Maar
binnen de categorie waar oud-collega Miep, haar roepnaam, méér
een w e r k woord werd, moet u denken aan alle elektronische
apparaten die bij aanraking van Miep spontaan een eigen leven
gingen leiden.
Alarmsystemen
sloegen op hol, lampen gingen spontaan uit en aan, of deden het
nooit meer.
Alle
elektrische apparatuur brandde knisperend door en binnen de
kortste keren was alles rijp voor de Kringloop. Miep exorciseerde
nodeloos alles waar ook maar Philips, Sony of Hewlett Packerd op
stond. Er hoefde maar een stekker aan te zitten of een schakelaar,
dat was genoeg. Het ging onherroepelijk kapot. Zelfs de Technische
Dienst begon zich huiverig achter de oren te krabben.
Met enige
tactische ingrepen weerden we Miep in een straal van ongeveer een
meter van vitale attributen. Miep was, volgens ons, één groot
elektromagnetisch veld!
Erg
praktisch was dat natuurlijk niet.
Maar met
Mieps eerder genoemde kwaliteiten, was het uitwerken van het
tijdelijk contract voor ons geen moeilijke opgave. Deze Miep
verdiende haar krediet met verve, vlag en wimpel. Een pracht
collega!
Wat zo
vreemd is aan de andere Miep, de Miep van nu, is het
volledige gemis aan praktisch handelen en praktisch inzicht. ‘Ik
moet hier overal bij nadenken’, zegt ze.
Ja, graag
wél ja.
‘Er is
zo weinig ruimte voor mijn persoonlijkheid’, klaagt Miep vrolijk
verder. Waarop ik zeg, dat het team en de werkzaamheden alle
ruimte bieden aan haar professionaliteit, want dáár is ze
tenslotte voor ingehuurd. Bovendien werken wij maar diensten van
drie, vier of vijf uur, en dus blijft er voldoende ruimte over om
de persoonlijkheid elders bij te gaan tanken.
Als ik ten
einde raad voorzichtig informeer naar haar agogische, methodische
en medische kennis van zaken, en belangstellend vraag naar haar
beroepsopleiding, antwoordt ze mij met de opmerking dat: niemand
haar dat ooit gevraagd heeft.
Wat ik
raar vind, en hetgeen voor mij geen bevredigend antwoord vormt.
Nog maar
eens dan: wat heb je gestudeerd?
En dan val
ik van verbazing bijna van mijn stoel. Maar dat is vast omdat mijn
broek al eerder zover was afgezakt, en nu om mijn enkels hangt.
Miep/
Charles heeft een cursus N.L.P. gedaan, zegt ze wat nuffig. Zo…!
En wat moet
ik me daar ongeveer bij voorstellen dan? vraag ik verder.
‘N.L.P.?
NLP is: Neuro Linguïstisch Programmeren!’, zegt ze, alsof
ze zelf zojuist het ei van Columbus heeft gelegd. Ze schudt haar
blonde haren achterover en knippert met de blauwe ogen.
‘Enne…eh,
wat kún jij daar dan precies mee, hiér?’ Als ik eenmaal iets
wil weten, wil ik het écht weten ook.
Miss Miep
ontpopt zich namelijk tot een undercover Miep pur sang.
Waarbij ik
refereer aan de uitleg van het w e r k woord: M i e p e n.
Ik zie
brandvlekken zich schroeiend aan de oppervlakte openbaren. Zaken
vallen traag kruimelend uit elkaar. Ik plak meer ‘banden’ dan
ooit tevoren, ik tape zwakke enkels, zet stokken op de juiste
hoogte, en houd de craquelé porseleinen psychische steigers van
cliënten in hun wankel hervonden evenwicht en het hart stevig
vast. Duidelijke instructies worden slalommend door haar
genegeerd, en Miep miept almaar positief enthousiast eN-eL-Peënd
om zich heen.
Bovendien
denkt de Miep, áls zij denkt, te gaan en komen wanneer zij wil
én is zij heel goed in het verdraaien van feiten.
Het houdt
maar niet op.
Dat is mijn
interpretatie, ik heb nooit zo bewust Neuro Linguïstisch
Geprogrammeerd, dáár kan het natuurlijk ook aan liggen.
Maar waar
ik ooit een Miep voor n o d i g had, is dé Miep zelf, een e x t r
a opdracht geworden.
Eerlijk
gezegd verwacht ik ieder moment een verborgen camera te ontdekken
en de kop van Ralph Inbar, die vanachter spiegels en vanuit
bloempotten de hele heisa opneemt.
Dit kan
toch niet echt waar zijn…
Met mijn
hartelijke dank aan de afdeling personeel & opleiding van de
Firma B.
DRIE
MAANDEN LATER….
De
afdeling P&O heeft samen met mijn baas een begeleiding &
training traject uitgezet voor Miep. Miep heeft tussen andere
locaties heen en weer gemiept en besloten dat ze wel zo’n beetje
uitgemiept is op de firma B.
Miep is
vertrokken, naar een andere grijze wollen sokken Firma? U bent
gewaarschuwd!