|
|
Ed
Schilders
Boeken
op Vakantie (5) - Aalst
Aalst
Het is al bijna middernacht als er aan
de voordeur gebeld wordt door twee vrienden uit Utrecht. Ze zijn in
België geweest, op letterkundige pelgrimage. Daarbij liepen ze veel
vertraging op, vandaar het late uur. Maar beloofd is beloofd, en hier
zijn ze om me de afgesproken fles jenever aan te reiken: Louis Paul
Boon-jenever, die zij na lang zoeken gevonden hebben bij een van de
plaatselijke slijters. Verder zijn zij in Aalst naar de Kapellekensbaan
geweest en hebben ze het beeld van Ondineke gezien; zeer fraai, die
Ondineke.
Boon leefde nog toen ik zelf mijn enige bezoek aan Aalst bracht. Het
moet dus vóór 1979 geweest zijn. We waren daar overigens zonder
letterkundig oogmerk, en ik heb me later nog vaak afgevraagd waarom ik
me toen heb laten verleiden de tocht naar Aalst te ondernemen om een
soort volksfeest bij te wonen. Nu de Boon-jenever op tafel staat, komen
de herinneringen boven. De 'Vlaamse vedetten', zoals de artiesten
aangekondigd werden, de 'tombola', waarvan de hoofdprijs een auto was,
een tweedehandse. En de modeshow, de enige die ik in mijn leven gezien
heb.
Het was twee uur in de nacht toen we ons naar het wat achteraf gelegen
herenhuis begaven waar we 's middags kamers hadden gereserveerd. Pas na
veel bellen en kloppen, werd de voordeur schielijk geopend. De man leidt
ons door een lange, donkere gang, en opent aan het eind ervan een deur.
Het feest is hier nog in volle gang. In een mist van tabaksrook ontwaar
ik mannen die uitgeteld met het voorhoofd op tafeltjes liggen; vrouwen
die in netnylons en met uitgelopen mascara nog proberen te dansen; lege
flessen en gebroken bierglazen. Het was, heb ik later bedacht, de bende
van Jan de Lichte.
Die nacht schrik ik wakker. Ergens in de krochten van dit herenhuis,
krijst een vrouw. Eerst denk ik nog aan een vergrijp of handgemeen, maar
dan weet ik beter. Het moet Mieke Maaike geweest zijn.
|
|
|