De
acacia's langs de Oude Trambaan
Esbeek had
aan het eind van de 19e eeuw een slimme jongen als kerkelijk leider. Nog
voordat de nabijgelegen Beekse Bergen, Efteling en Land van Ooit er waren,
verzon pastoor Jurgens iets om Esbeek voor lange tijd het middelpunt der belangstelling
te maken. Hij richtte in 1889 de kerk op ter verering van de heilige
Cornelius. Dit was op zich niet zo bijzonder, maar rond 1900 deed hij een commerciële
meesterzet. Hij wist enkele resten van de heilige Cornelius te
bemachtigen. Het gebeente van de heilige Cornelius zou ooit door Paus
Joannes VII geschonken zijn aan Karel de Kale. Via deze Karel zou het
geschonken zijn aan de abdij van Compiègne. Dit gebeente is later
versnipperd over hele delen van West Europa, want Cornelius is populair
geweest onder de gelovigen. Een snelle blik op internet leert dat zijn
beenderen als relikwieën vooral in Zuid-Nederland en Vlaanderen terug te
vinden zijn. Er liggen stukjes in Zandvoorde, Leest, Bokhoven, Lutterade,
Aalter, St-Pieters-Voeren, Wittem, Passendale en wie weet waar nog. Maar
goed, Jurgens weet ze te bemachtigen en vanaf dat moment trekken jaarlijks
stromen mensen naar Esbeek met als hoogtepunt de jaarlijkse viering op 16
september. Vooral bij vrouwen en kinderen doet Cornelius het goed.
Cornelius is dan ook een multifunctionele heilige. Zijn er wel eens
heiligen waarbij je alleen voor bijvoorbeeld je eksterogen terecht kunt,
bij Cornelius kun je komen voor de stuipen, epilepsie, zenuwlijden,
beroerte, een haastige dood maar hij beschermt zelf je hoornvee. Al met al
zinvol dus een keer per jaar de resten van deze Cornelius te bezoeken. Om
de gestaag groeiende stroom bezoekers te kunnen vervoeren wordt er
een tramverbinding aangelegd die van Tilburg, via Goirle en Hilvarenbeek
naar Esbeek gaat. Deze tramverbinding is niet lang in gebruik geweest. In
de dertiger jaren begint het aantal pelgrimvaarders te dalen en de
concurrentie van de autobus wordt voelbaar. De eerste tram rijdt op 24
september 1907 en de laatste al in 1935. Als je uit Goirle in
zuidoostelijke richting het Leydal in gaat zie je de oude Trambaan nog
lopen. De rails is al lange tijd weg maar als je wat rondneust kun je nog
steeds sintels vinden. Typerend is de beplanting langs de voormalige
trambaan. Vanaf Goirle zijn het eerste deel aan weerszijden beplant met
acacia's om dan over te gaan in eiken en later beuken. De acacia's zijn de
bomen van deze week. Hun grillig gevormde gestaltes markeren de weg die
ooit de tram nam als een monument van vervlogen openbaar vervoer en
bedevaart.
Onderstaand
gedicht schetst de situatie tijdens de bedevaart:
'De Goolse
tram is zo overvol,
bracht zo menigeen het hoofd op hol,
op St. Corneliusdag.
Hij was dan zo zwaar belaan,
dat hij soms wel stil bleef staan.
Fier stoomt toch het heel geval,
Kijk eens aan hier zijn we al,
Het schone dorpje Esbeek in.
Cornelius ziet het al gauw,
Van stoom en stof zien ze allemaal grauw'.
Aanvulling:
Op de dag van plaatsing van deze 'Boom van de Week' kreeg ik een mail van
Wim van de Wouw, een van de trouwste bomenvolgers op CuBra. Hij schreef
het volgende:
Met
interesse gelezen over de bedevaart naar de heilige Cornelius te
Esbeek. Aangezien ik geboren ben in Hilvarenbeek en daar tot mijn negen
jaar heb gewoond kun jij je wel indenken dat ik met mijn ouders,
gewoonlijk mijn moeder, mee moest naar de bedevaart van Sinte Knilles,
want zo werd hij genoemd. Er was ook een lied over hem ,waarvan ik
enkel het refrein ken.
In
elke nood, in elk gevaar
Toen
ik weer eens mee ter bedevaart moest, had ik een variant op dit refrein
bedacht, dat mij wel een flinke draai om mijn oren opleverde.
want
ik eindigde het refrein niet met paus en martelaar, maar uit volle
borst: tussen al het volk in de Esbeekse kerk met:
En
in de Esbeekse kerk kreeg ik een draai om mijn oren die ik nog voelde toen
ik weer thuis was in Hilvarenbeek op ,,DE OLIEPINT"
De stoomtram zoals hij ooit
liep over de oude trambaan.
(foto: coll. RAT, regionaal Archief Tilburg)