Nieuwe
Tilburgsche Courant - zaterdag 5 februari 1927
Iets omtrent de Kerk van
't Heike 2
Van
verscheidene zijden betuigt men mij instemming met het
mededeelen van eenige wetenswaardigheden omtrent de oude en
nieuwe kerk van de parochie 't Heike en verzoekt men mij
hierop en op hetgeen zich rondom de kerk heeft afgespeeld
nog dieper in te gaan. Ik wil volgaarne hieraan voldoen, ten
eerste omdat het er voor getuigt, dat men liefde gevoelt
voor de historie onzer stad, ten tweede omdat deze vragen
ook getuigen, dat men het werk van hen waardeert, die zich
in de historie der stad verdiepen en daaruit wetenswaardige
feiten naar boven brengen.
Wat het
inwoneraantal der stad omtrent de stichting der nieuwe kerk
't Heike aangaat, bedroeg deze ongeveer 10.000. In het jaar
1632 deed Augustinus Wichmans, pastoor van de parochiekerk
van 't Heike, zijn werk "Brabantia Mariana" te Antwerpen het
licht zien. Op bladzijde 687 deelt pastoor Wichmans omtrent
het inwonertal van Tilburg uit dien tijd 't volgende mede:
"Tilborch, celebre admodum municipiu, ad tria millia
communicantium continens." In het jaar 1649 haalt Jacob van
Oudenhoven in zijn beschrijving van de Meijerij van 's-Bosch
deze uitspraak aan en vertaalt dit op bladz. 71 als volgt:
"Tilborgh (1) een seer vermaerde Vrijheijdt, hebben dry
duysent Communicanten" en vervolgt dan: "Naer de groote van
Tilborgh, ende de menichte van inwoonders wordt gegisset,
dat dese plaets wel elf Compagniën volcks bequaem tot den
oorlogh ofte 1500 weerbare mannen soude konnen uyt leveren."
Het werkelijke inwonertal bedroeg omtrent 1632 plm. 5600.
Hier volgen
eenige getallen getrokken uit het Katholiek Meijerijsche
Memorieboek, dateerende uit het jaar 1819.
Jaartal:
Inwoners: Kath.:
1437
3500 3500
1464
3360 3360
1472
2800 2800
1480
2520 2520
1618
5320 5320
1620
5572 5572
1623
5600 5600
1640
5740 5740
Uit deze
cijfers zien wij, dat van het jaar 1437 tot 1480 Tilburg in
inwonertal sterk achteruitging en wel met bijna een derde
gedeelte; en wel ook zoo sterk, dat er een algeheele
depressie en moedeloosheid intrad en men niet meer den moed
had gedurende 150 jaar om het inwonertal te tellen. In het
jaar 1600 ongeveer komt er weer een opleving en gaat de
aanwas steeds crescendo, totdat in het jaar 1815 het
inwonertal gestegen is tot plm. 9900, waaronder 190
protestanten en 56 Israëlieten. Tot aan het jaar 1680
ongeveer was Tilburg alleen bewoond door Katholieken.
Verder lezen
wij in bovengenoemd Memorieboek nog omtrent de oude
parochiekerk 't Heike:
"Op het
einde der vijftiende eeuw was het getal der inwoners
nauwelijks 3000; gelijk genoegzaam blijkt, niet alleen uit
de bovengestelde optelling die nog in aanteekeningen bewaard
is, maar ook uit 't parochiaal kerkgebouw, hetwelk in 1494
gedeeltelijk met den toren afgebrand en alsdan op die
grootte vernieuwd is. Deze kerk werd nog eens vergroot naar
het Zuiden door pastoor Wichmans, niet lang na den Vrede van
Munster. Voor dien vrede en na de verovering van 's-Bosch,
in dien tusschentijd waren de Katholieken al vroeg, in 1630,
uit de parochiekerk gesloten, die zij nochtans naderhand
weder somtijds bekomen hebben, en somtijds moesten verlaten;
doch na den Munsterschen vrede in 1650, hebben zij een kapel
of bidplaats tot den godsdienst moeten gebruiken, die binnen
de grenzen van Poppel, Oostenrijksch gebied, door hun en
andere omliggende dorpen opgericht was en Gool St. Jan of de
Nieuwkerk genoemd werd. In de volgende jaren kwam er in
zooverre rust, dat men op het kasteel, bij de Veldhoven, met
toelating van den Katholieken Heer van Tilburg, Schetz van
Grobbendonck (2), den heiligen godsdienst met eenige
oogluiking en omkooping der
burgerlijke regeering kon verrichten. Dit heeft geduurd tot
omtrent 't jaar 1698, wanneer het bezit der heerlijkheid
overging naar het protestantsche huis van Hesse Cassel.
Alsdan werd een kerkschuur gebouwd op 't Goirke en omtrent
dezelven tijd, voor het Zuidelijk gedeelte der uitgestrekte
parochie, een tweede kerkschuur op den akker achter de
huizen die ten westen op het gehucht het Heike staan. Deze
kerkschuur van 't Heike werd op verlof der staten van den
8sten October 1731 verplaatst op hetzelfde gehucht het
Heike, ten Noorden aan de straat, en met een gebond
vergroot. Dezelve is in 1775 wederom vergroot met een
zijdelings gebouw ten Noorden er aan gezet. Deze kerkschuur
werd na de laatste veranderingen met een orgel, kostelijk
altaar, priesterlijke gewaden en andere sieraden verrijkt.
In dezen staat met twee kerkschuren onder een Pastoor (3),
die sedert het jaar 1730, met drie medebedienende kapelanen,
aan het Goirke resideerde, is de geheele katholieke gemeente
van Tilburg bestuurd geweest tot het jaar 1797, wanneer die
gemeente door de Kerkelijke Overheid verdeeld werd in twee
onderscheidene parochiën, van het Goirke en van het Heike,
ieder onder eigen pastoor, met twee medebedienende
kapelanen, op iedere parochie resideerende."
De Pastoor
Hermanus Francke, die bij de scheiding beide kerken
verzorgde, verkoos als standplaats de kerk van 't Goirke,
terwijl als Pastoor van 't Heike benoemd werd Walterus
Tabbers. Beide pastoors waren Tilburgers van geboorte. De
parochie van 't Goirke was wat zielenaantal grooter dan die
van 't Heike. De "gezeten" burgers behoorden echter meer
onder de laatste genoemde parochie. De in 't jaar 1798
gedane telling gaf aan dat de parochie 't Heike 4137 leden
kende, tegen 4976 op 't Goirke.
Van de oude
kerk 't Heike is nog een teekening in mijn bezit uit 't jaar
1730 ongeveer, die ik voor eenige jaren op de Rotterdamsche
boekenmarkt bemachtigde. Het geeft een verrassend beeld van
de veranderingen, die de laatste 200 jaar rondom den ouden
toren zijn voltooid. Vooral de laatste 35 jaar heeft de
toren zelf ook menige verandering ondergaan, doch de vorm is
opmerkelijk goed bewaard gebleven en zooals de verre
wandelaar hem heden ziet, zoo zagen ook onze vaderen hem
voor plm. 400 jaar. In 't jaar 1494 brandde de toenmaals
bestaande kerk en toren, die zooals de kronieken het
verhalen "aan den voet van den heuvel" werd opgericht,
geheel af, doch werd aanstonds op de fundamenten weder
opgebouwd, zoodat wij den ouderdom van den toren vrijwel
kunnen schatten op ruim 400 jaar. Met bovengenoemden brand
moet ook het altaar, gesticht in het jaar 1439 en toegewijd
aan de H. Maagden Dymphna en Barbara, verloren zijn gegaan.
(Wordt
vervolgd)
GERARD VAN
LEYBORGH
1. Men lette
op de verschillende spelling van den naam van onze stad, 5
regels hooger noemt van Oudenhoven onze stad Tilborgh en 16
regels lager weer Tilborch.
2. Welke
familie ook een zoon op den bisschopsstoel van 's-Bosch zag.
3. Vandaar
dat de kerk van 't Goirke en van 't Heike denzelfden patroon
St. Dionysius bleven behouden.