|
Jack Feenstra Een
panty bij windkracht seks erotische gedichten
Puberwijsheid Als
puber wist zij het zeker, liefde
bestaat, seks is bijzaak. Tot
zij moest kiezen, liefde of
seks, koos zij seks uit liefde.
Windkracht
seks De
wind blaast haar rok op tot een ballon, onthult
benen in een alles omhullende panty. De
voeten hooggehakt geschoeid klikklakken mij
klikklakkend voorbij. Mijn oude man krimpt
geschrokken en kwijlt één druppel als
hij zich vlijt in de vouw van mijn linkerlies: een
panty bij windkracht seks is pure penisnijd!
Dronkenschap De
rode bourgogne stroomt
krachtig door
mijn geslacht. De
wijn bedwelmt, ook
mijn geslacht. De
wijnfles is rigide, niet
mijn geslacht: een
ander geslacht wacht tevergeefs,
de ganse nacht, op
de bedwelmende wijnstok.
Een
rok van maagdenleer Haar
bloes is borstwering, haar
rok van maagdenleer, kousen
draagt zij als laarzen, kom
daar maar eens dichterbij. Ik
stuurde haar een liefdesgedicht in
elf opgewonden verzen, en zij sms’te:
ik en jij worden nooit wij!
Veertig
plus Hoe
ouder de
vrouw hoe
sappiger haar
vrucht met
een pit die
ik graag zoen,
zuig en lik,
Ouwe
zuiplap Vroeger
toen ik jong was, m’n vuile viezerik stand-by,
de wijven op hun blote knieën voor
m’n voeten, ze wilden allemaal Maria zijn. Vroeger
toen ik jong was kon je nog lachen, de
lol is er allang vanaf, m’n vuile viezerik
is
nu een brave lul, de wijven pruimedanten. Vroeger
toen ik jong de kroeg binnenkwam werd
er gezwegen, ik’k kwam binnen, ik’k! Ze
hebben me eens een blauw oog geslagen en
vier tanden uit m’n bek. Vroeger… Vroeger
toen ik nog jong was, de wijven geil, vochten
als tijgers om m’n stand-by, vroeger… Nou
kan ik wel janken, hele dagen janken zonder
tanden in m’n bek, er uitgeramd vroeger
toen ik nog jong was, vuile wijven!
Gietijzeren
griet De
gietijzeren griet werd
zij genoemd; al
achttien, nog nooit door
een jongen gezoend. IJzeren
griet werd warm toen
zij Vera tegenkwam, gloeiend
bij het zoenen van
de lippen, die Vera haar
te bieden had: gloeiende
ijzerpot werd haar nieuwe naam.
Ik
hou mij niet bezig met
het Zijn, dat
is mij te abstract, ik
hou het bij de zijnden zoals
kortgerokte meiden.
Slotakkoord Zij
danste dromerig op parende noten als
onschuldige naïeve schoonheid, met
geloken ogen, half geopende mond, aandacht
en liefde lokkend van jongens. Zij
liet zich kussen, gaf steeds haar maagd en
terwijl zij zuchtte, mijn hart is van jou, stal
ze die van hem, speelde ermee als prooi, dansend
en minnend tot aan het slotakkoord.
Negen
Beaufort Haar
voorliefde ging uit naar stormachtige liefdesspelen
op diepverend matras: haar borsten
ritmisch deinend op ademstoten bij
Beaufort negen, luchttrappende benen, opbonkende
billen tot de minnaar uitgeput zich
schokkend aan haar macht overgaf.
Gestrafte
liefde Verwekt
en geboren op straat, verkracht door
vader, gepokt en gemazeld in tehuizen, negentien
toen zij de verkeerde tegenkwam: strenge
jongen, niet uit rechtvaardigheid, strafte
haar om liefde die ze nooit had gekend.
Erotiek Erotiek,
is dat seks, liefde of
allebei? Ik vroeg het aan
mijn vriendin: erotiek,
dat ben ik hooggehakt
en in lingerie.
Bas-reliëf Zij
lag op buik en borsten in
het zand, de billen bloot, bas-reliëf
van schoon naakt. Ligt
zij te zonnen of zinnen? Mijn
fantasie sloeg op hol, het
hondje dat haar bil likte, werkelijkheid.
Zij sprong op, hulde
naakt in badhanddoek en
holde naar het kledinghokje, het
hondje rende met haar mee. Mijn
fantasie strandde in zand.
Willen
wij? Ik
wil zij
wel? Zij
wil, ik
wil, willen
wij? Zij wil
wel ik
wil wel, wij
willen.
Herinnering Marianne,
jeugd, schoonheid lagen achter
haar toen wij elkaar leerden kennen,
zij zesenveertig ik zestien. Lachrimpels
plezierden haar mond, ogen
met begrip voor werkelijkheid waarvan
haar geliefd lichaam getuigde. Tâche
de beauté sierde haar linkerborst, goedgevuld
Venusbuikje, stootkussen tussen
liefde en hartstocht: herinnering, zij
nu ouder dan genot en ik volwassen.
Eva
Maria Ineens
liet Eva zich Maria noemen, niet
die van Nazareth, liet ze weten, zij
was immers van geen gezindte, toch
knielde zij voor een strenge heer.
Teveel Je
bent een man, je bent jong, je
wil teveel, twee
vriendinnen niet
genoeg. Drie
vriendinnen, samen
de ideale vrouw tot
zij elkaar troffen om
als eenheid te verdwijnen.
Garçon
manqué Haar
kleding bevestigde zijn geslacht, broek,
leren jekker, plompe schoenen. zij
deed stoer als hij, trapte te wild de
ballen na en stoeide met meisjes. Zij
was vies van jongens, hun orgaan zij
bleef verschoond, garçon manqué. Spiegelbeeld
werd haar levensgezel tot
zijn gelijkenis, allebei onzijdig.
Tabernakel Bij
het chatten was haar codenaam Poes,
op z’n Duits toen ik de foto zag waar
zij op een tijger leek: kort haar, licht
en donker, wilde ogen, brede mond platte
neus, dikke lippen. Om haar korte nek
een kraag van borgbont. Spannend, angstig
toen ze schreef: ik hou van mannen die
mijn geslacht accepteren als tabernakel waar
ik mijn ziel en zaligheid in bewaar.
Omwille
de liefde Wij
ontmoetten elkaar op het kerkhof, richting
uitgang. Zij kwam naast me lopen en
fluisterde: kijk, ruik, proef, hier ligt de
liefde weg te rotten. Het
is herfst, meisje. Dood
is geen seizoen. Daarom zou ik hier
willen paren, omwille van de liefde. En
het genot. Nee,
dat geef ik jou. Even
overleefden wij de dood.
|