|
Diverse auteurs - Verspreide publicaties
Nieuwe Tilburgsche Courant - dinsdag 5 oktober 1920
Brabant mijn Brabant (Volkslied)
Brabant, mijn Brabant, o Land van Gods zegen, Erf mijner vaadren, Geschenk van omhoog, Schalle U een loflied langs weiden en wegen, Wieg mijner kindsheid en licht van mijn oog!
Brabant, mijn Brabant, uw geurige dennen Slaan om uw schouders hun donkergroen kleed; Wijd om de boorden van glinstrende vennen Spreiden uw heiden haar purpren tapeet.
Brabant, mijn Brabant, zoo frisch als uw bloemen Bloeien uw kindren uit vruchtbaar geslacht, Wie zal er waardig uw dochteren roemen, Zedig en schoon in haar Brabantsche dracht?
Brabant, mijn Brabant, uw nijvere zonen Werken en zwoegen bij lied en gebed, Juichend bij 't schettren van koperen tonen: Steunt op Gods zegen en leeft naar Gods wet!
Brabant, mijn Brabant, zoo diep als uw eiken Stoelt in de harten 't Geloof, dat ze won, Hoog op uw torens, die hemelwaarts reiken, Straalt Christus' kruisvaan in 't licht van de zon!
Brabant, mijn Brabant, waar zusterlijk rijen Hoeven, kasteelen en tempels aaneen, Roomsch zij uw blijdschap na eeuwenlang schreien; Juich nu en jubel na 't leed van voorheen.
Brabant, mijn Brabant, gij droegt mijne schreden, Toen ik een kind was en speelde als een kind. Moge ik uw bodem met eere betreden, Tot ik met eere ook een graf in U vindt!
C.J. ZWIJSEN, Pr. (Huisgezin)
|