INHOUD MAJOIE
CUBRA HOME

© 2017

Stichting Cultureel Brabant (CuBra)  & Ben van de Pol

John Majoie - Voici

Journalist

 

Onder redactie van Ben van de Pol

 

Majoie over het beroep van reisleider in De Telegraaf , 1960

 


De Telegraaf - vrijdag 15 januari 1960

 

 

Reizen leiden vergt GROTE vakkennis

 

Avontuurlijk maar veeleisend beroep

 

door John Majoie

 

 

De reisleider

Het artikel van de hand van de voormalige reisleider van het reisbureau E. te A., enige weken geleden in ons blad gepubliceerd, heeft een stroom van reacties opgeleverd. Ter afsluiting van deze zaak vermelden wij nog dat een comité, uit de gasten van het betrokken reisbureau gevormd, ons op een aantal onjuistheden in het artikel van de betrokken reisleider heeft gewezen en ons een zeer groot aantal reacties van gasten van dit bureau heeft overhandigd, waarin werd verklaard dat men over de organisatie der reizen, de behandeling in de hotels en de algehele verzorging uitermate tevreden is geweest en dat men dank zij dit bureau een buitengewoon prettige vakantie heeft genoten tegen een zeer redelijke prijs. Het is gebleken, dat van afperspraktijken van de zijde van de directie van dit bureau geen sprake is geweest. De deelneming aan excursies is geheel vrijwillig; de prijzen daarvan worden voor de aanvang van het seizoen vastgesteld. Er is dan ook geen reden afwijzend te adviseren om van de diensten van dit reisbureau gebruik te maken.

Wij besluiten thans met een beschouwing van een onafhankelijk buitenstaander, de heer JOHN MAJOIE, die o.m. als reisleider reeds jarenlang in het buitenland vertoeft en in een openhartig artikel zijn visie op het reisbureauwezen en de functie van de reisleider in het algemeen weergeeft.

 

 

MADRID, januari 1960

 

Het reizen in groepsverband is vooral sedert 1950 enorm toegenomen. Over het algemeen zijn de ervaringen gunstig, voor beide zijden. De diverse reisindustrieën, die zich gehandhaafd hebben nadat ze als paddestoelen uit de grond verrezen, omdat ze zo lucratief leken, maken grote winsten, maar lopen ook vaak vele risico's. Men moet een behoorlijk zakelijk inzicht hebben om een goed reisbureau in stand te houden en heel voorzichtig omgaan met het kapitaal. Ik heb nooit willen ruilen met mijn directies en bleef liever reisleider met een vast salaris, vrij levensonderhoud, kleine bijverdiensten en tot slot van elke reis een aardige fooi.

 

Vakopleiding is gewenst!

Het vak van reisleider is een zeer "raar" vak, waarvoor nog steeds geen "groep" bestaat, nadat zelfs de mannequins zich verenigd hebben. Lang niet alle lieden, die zich aangetrokken voelen tot dit ogenschijnlijk zo prettige baantje, zijn daarvoor geschikt gebleken. Er zit inderdaad veel avontuur in, doch velen hebben blijkbaar nooit beseft wélk een verantwoordelijkheid aan dit "vak" verbonden is. Menig reisleider kan de best georganiseerde reis volkomen "in de soep leiden" door onbekwaamheid, gebrekkige talenkennis, door gebrek aan omgangsvormen met een zeer heterogeen publiek, door gebrek aan improvisatietalent en zoveel méér.

Ik mag geenszins pretenderen wel over al deze kwaliteiten te beschikken, doch ik heb met veel genoegen en de dankbaarste herinneringen voor een voornaam Nederlands reisbureau in vijf jaar bijna drieduizend landgenoten - en ook buitenlanders - door Spanje en Portugal geleid. Ik mag over dit onderwerp dus misschien wel een beetje meepraten.

 

De strijkstok

Mijn salaris was 20 gulden - vrijwel netto - per dag, maar ook voor Spanje en Portugal mag dat nu wel 25 worden, want ook daar stegen de prijzen. Aan bijverdiensten en gezamenlijke "tip" - uit spontane waardering - bedroeg mijn inkomen gemiddeld ongeveer 700 gulden per drie weken. Onder bijverdiensten versta ik o.m., dat het logisch was, als een winkelier van souvenirs een aardig procentje gaf, wanneer de reisleider bijv. veertig klanten tegelijk in zijn zaak loodste. Ik verklaar dit hier openlijk - ook aan de fiscus - en placht ook mijn publiek niet te verbergen, dat het logisch is, dat er voor de reisleider wat aan de strijkstok blijft hangen. Doch ik voegde er ook aan toe: "Als u denkt, dat het daar te duur is, omdat de reisleider er zoveel procenten van krijgt, moet u daar beslist niets kopen. U kunt er geheel vrijblijvend binnengaan en ik introduceer u daar slechts, omdat ik weet, dat het een betrouwbare winkel is. Keuze en besluit zijn aan u."

Gevolg: mijn publiek was altijd tevreden omdat het openhartig was ingelicht. Ik kwam er eerlijk voor uit, want het publiek denkt tóch: zal wel aardig wat voor hem aanzitten! Men vergeet echter wel eens, dat de hele wereld zowat aan elkaar hangt van introducties, commissies en procenten bij koop en verkoop. Maar sommige reisleiders leggen het er te dik bovenop en dat kweekt een onaangenaam gevoel. Het is evenwel een primitieve gedachte te veronderstellen, dat onderweg bij zg. koffie- en theepauzes de reisleider of zelfs de chauffeur(s) iets extra's krijgen. Hoe kan er nu nog iets af van bijv. veertig kopjes koffie of glaasjes limonade? Het enige is: gratis consumptie en wederom logisch, doch verder heus niets meer.

 

Reis-lijder

Niet alleen vanuit Spanje en Portugal weet ik, dat het Nederlandse reispubliek niet bepaald het leid-zaamste en gemakkelijkste is om geheel tevreden te stellen. De reisleider wordt vaak een lijder en op hém komt alles - ver van huis en bureau - neer, wat niet deugt, niet klopt of niet bevalt. Een goede leider moet ook weten te lijden - vooral in stilte - en kan de best geplande reis van zijn directie tot een groot succes maken of ook volkomen doen mislukken. Wat dát betreft, is het salaris feitelijk nog geenszins in overeenstemming. Waar vindt men echter de krachten, die bereid zijn aan de navolgende eisen te voldoen, welke mijns inziens toch verwacht mogen worden van een degelijk reisleider en die dus overeenkomstig gehonoreerd dienen te worden:

 

1. Behoorlijk voorkomen, uit goed milieu, ten minste volkomen de taal beheersend van de te doorkruisen landen.

2. Omgangsvormen om met allerlei publiek te kunnen "optrekken".

3. Gedegen kennis na serieuze studie van de te bezoeken landen; alles weten over bezienswaardigheden, gebruiken, gewoonten, tarieven, verbindingen, maaltijden, dranken, adressen, consulaten enz.

4. Volkomen meester blijven van de situatie in geval van ongelukken, verlies van paspoort, diefstal, overlijden en alle andere onaangenaamheden die zich tijdens elke reis kunnen voordoen.

5. Beschikken over improvisatietalent en tact, dit laatste ook al om een goede verstandhouding te bewaren met de chauffeur(s) - want indien deze ontbreekt worden de reizigers de dupe.

6. Een goed reisleider beschikke ook over een EHBO-diploma - want hij moet een halve dokter zijn. Maar ook een bemiddelaar bij kleinzielige conflictjes. Hij moet tegelijk raampjes open en dicht kunnen doen. Hij moet eerlijk zijn met de kas. Hij moet vrolijk zijn, maar niet te uitbundig. Hij mag niet te veel aanpappen met de beminnelijke dames en hij moet de eeuwige glimlach paraat hebben tegenover de lastige.

7. Kortom: de reisleider moet een "heilige" zijn en alle menselijke deugden in zich verenigen van de eerste meter van de reis tot en met de laatste...

 

Dit zijn nog maar een handvol voorwaarden waaraan een goede reisleider moet voldoen, maar als men dit kan, lijkt het mij beter, dat men ter voorkoming van vele teleurstellingen een andere richting inslaat en - mede in het belang van de bonafide reisbureaus - begint met de oprichting van een opleidingscursus voor en een bond van beroepsreisleiders.

 

Opleiding

Het gaat niet langer aan om grote reisgezelschappen maar op avontuur te sturen met reisleiders, die "dit baantje óók wel eens voor 'n keertje willen opknappen". Men beseffe beter, wat het zeggen wil om bijv. drie weken te worden toevertrouwd aan de leiding en hoede van een reisleider, die alles moet vervullen, wat de directie op papier beloofd heeft. Een behoorlijk reisbureau dient ook een behoorlijk en enthousiast reisleider in dienst te hebben én een navenant salaris uit te betalen.

Men kome en streve derhalve naar een soort opleidingsschool voor reisleiders en de heren zélf moeten onder elkander eens wat méér contact te zoeken over de oprichting van een bijv. Nederlandse Bond van Beroepsreisleiders, waardoor zij - eenmaal beschikkende over bewezen bekwaamheden, een diploma en veel ervaring - kracht kunnen bijzetten aan hun sociale verlangens en niet genoodzaakt zijn zich met hun klachten tot een krant te wenden.

 

Erkenning

Persoonlijk bewaar ik aan mijn reisleiderservaring overwegend aangename herinneringen. Ik boekte ook onaangename momenten, ondankbare mensen, kleinzielige gasten en een directie, die de bepaalde moeilijke situatie vanuit de verte niet kon schatten op de juiste waarde. Maar als een reisleider liefde heeft voor het land, dat hij moet laten zien en behoorlijk dient te verklaren dan geeft het toch overwegend voldoening. Die flauwe klachten, die kinderachtige wensen, die kleinzielige opmerkingen, die vermeende voorkeur en alle andere futiliteiten, welke men soms de reisleider in de schoenen wil schuiven, vallen later wel weg tegen de algemene voldoening, de dankbare brieven, tóch een pluimpje van de directie en de overtuiging, dat men gemeend heeft zijn best gedaan te hebben.

Een reisleider is ook maar een gewoon mens en moet uitzonderlijk sterk zijn tegen verleidingen van behaagzieke reizigsters; tegen invitaties van reisgenoten en hoteliers; tegen een gezellig onderonsje en tóch weer op tijd de wekker; tegen degenen, die des avonds vlot zijn, doch des morgens zitten te loeren of de "leider" op tijd is; tegen de lastigen en de vlotten. Hij is een trooster van zieken; een bemiddelaar voor vegetariërs en dieetpatiënten; een vriend der chauffeurs en geen donderaar tegenover de hotel-receptie; een administrateur, wiens reiskas klopt; een man, die onderweg alles weet en op alle vragen moet kunnen antwoorden; die een fout van zijn directie moet weten te corrigeren en alleen maar kamers uitdeelt met zachte bedden en vooral niet naast de lift en de wc; mét bad en uitzicht op zee, zonder dat het hotel voorover valt; met een bus, waarin het nooit tocht en de stoeltjes achterover vallen zonder dat de knieën van de achterhoede gekneusd worden. Drie weken door een ander land met biefstuk en doperwtjes of uitsmijters, waarbij de ham óók gebakken s.v.p.; met winkels voor schoenen die passen en parfum die niet zo sterk riekt; met óók eens wij en niet altijd dezelfde de beste plaats en tot slot de algemene wens, dat de reisleider volgens de letter in praktijk brengt, wat men al die weken tevoren gedacht had en waarvoor men toch betaald had en waar men dus récht op heeft. Want in het boekje staat, dat wij hier en daar en zus en zo…

Indien een reisleider meende in dit blad een kat de bel te moeten aanbinden, doch achteraf de kat niet kon onderscheiden van de poes en de klepel van de bel niet wist te hangen, dan houde hij openbaar zijn mond of aanvaarde in ootmoedigheid zijn vermeende decepties. Zowel een reisleider als een klant krijgt voldoende gelegenheid om te overwegen aan wélk bureau zich te willen verbinden of mede op reis te gaan. Als welk reisbureau ook voor een lage prijs veel belooft, dan moet 't uit de lengte of de breedte komen.

 

Resumerend ben ik van mening dat:

1. er een overkoepelende organisatie moet komen van bijv. de ANWB, KNAC, ANVV, dit zij een strikt objectief en neutraal orgaan, waarvan in het bestuur geen leden zitten, die tevens reisbureaus leiden;

2. er een opleidingsinstituut of -cursus moet komen voor reisleiders, die daar een beroep van willen maken en die zich dan moeten verenigen in een soort bond;

3. het reizend publiek in groepsverband zich dan ook prettiger zal voelen, toevertrouwd zijnde aan de zorgen van een leider, die daartoe ook ópgeleid is;

4. het besef en de waardering dan grond wint, dat een reisleider een zeer voornaam verlengstuk is van zijn reisbureaudirectie, die véél van hem vergt, doch tevens de plicht heeft hem onderweg niet voor ál te voldongen feiten en moeilijk oplosbare kwesties te plaatsen;

5. de reisleider uiteindelijk de manager is van een goed reisbureau - de uitvoerder van de "aanbestede" reis - en als zodanig beter gewaardeerd moge worden…